26
26
I”
44
45
VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.
VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.
I.
Art.
LASTEN.
BATEN.
Art.
94.643,81
f
97.480,18
f
97.480,18
I.
Algemeene onkosten
I.
1.076,17
2.000
Onderhoudskosten
II.
f
3.000,— f
3.573,—
13.296,08
13.296,08
13.220,92
II.
Renten
III.
1.299,10
3.731,72
3.731,72
IV. i Afschrijvingen
Memorie.
1.000,—
III.
Onvoorziene uitgaven
V.
Memorie.
20,-
IV.
19.917,07
18.469,72
V.
38.750,64
35.750,31
VI.
51.691,11
47.839,99
VIL
Rente van kasgeld
1.360,29
1.000,—
VIII.
324,—
324,— I
IX.
Pensioensbijdragen, ingevolge art. 36 der Pen
sioenwet 1922 (St. BI. No. 240)
2.977,85
2.750,—
|f 110.315,16
f 117.432,82 f 117.432,82
f 117.432,82
f 110.315,16
Nihil.
Saldo.
f
Oor
spronkelijk.
Vergoeding door de Gemeente voor speciale
onderzoekingen ten dienste van Gemeente
lijke instellingen en bedrijven
Begroot
bedrag.
Werkelijk
bedrag.
De Boekhouder, W. F. H. v. d. Heuvel.
Gezien: De Directeur, J. D. Filippo.
Vergoedingen door het Rijk van kosten voor
werkzaamheden, bedoeld bij art. 13, lid 3,
der Warenwet (St. BI. 1919, No. 581)
f 110.315,16
110 315,16
2.000,-
Begroot bedrag.
Na wijziging
bü besluit van
B. en W. d.d.
20 Mei 1927.
Inhoudingen voor gebruik van dienstwoning,
vuur en licht door personeel
Bijdrage van het Rijk ingevolge art. 13, lid 1,
der genoemde wet
I Vergoedingen voor speciale onderzoekingen
ten dienste der Kringgemeenten
Bijdrage van de gemeente ’s-Gravenhage in
gevolge art. 13, lid 1, der genoemde wet
I Werkelijk
bedrag.
Totaal der Baten.
Lasten
Bijdragen der Kringgemeenten, ingevolge art.
13, lid 1, der genoemde wet
924,84