Bijlage 27
ALGEMEENE BESCHOUWINGEN.
VERSLAG betreffende den toestand en de werking van
den Gemeentelijken Reinigings- en Ontsmetting sdienst
van ’s-Gravenhage over het jaar 1926.
Evenals 1925, bleef ook het afgeloopen dienstjaar staan in
het teeken van afwachting wat betreft de voltooiing van de in
gang zijnde reorganisatie van dezen dienst, zoowel ten aanzien
van de definitieve regeling van het afvoerstelsel als van de
nieuwe inrichting van de werkplaatsen, magazijnen en wat
daarmede verder samenhangt. De toestand, die door de onder
vonden vertraging gaat ontstaan, mag te algemeen bekend
geacht worden dan dat beschrijving nog noodig zou zijn. Daar
om zij volstaan met de vermelding, dat die toestand zich meer
en meer accentueert en dat spoedige afdoening steeds dringender
noodig wordt.
De in de laatste jaren aanhoudende groote uitbreiding van
den dienst langzamerhand als normaal aanmerkende, is verder
als eenig feit van beteekenis te vermelden de ingebruikneming
van het Oostelijk afdeelingsdepót aan de Joan Maetsuijcker-
straat en van het 18e posthuis aan de Terschellingschestraat.
Aangezien voorts als vanzelf sprekend mag worden aange
nomen, dat op dezelfde wijze en in denzelfden geest wordt
voortgewerkt als in vorige jaarverslagen beschreven, zou met
het bovenstaande vrijwel alles gezegd zijn, indien zich met dit
dienstjaar niet tevens een twintigjarig tijdperk had afgesloten,
waarbij het van belang mag worden geacht even stil te staan. In
deze periode toch voltrok zich tot tweemaal toe een belangrijke
reorganisatie van den vuilnisophaaldienst en de straatreiniging,
eerst met paardenbedrijf, daarna met autotractie als grondslag,
terwijl tevens tot stand kwamen de oprichting van den ont-
smettingsdienst, de provisorische vuilverbranding, boven en
behalve zoovele andere zaken, die aanpassing en voorziening
vorderden. Deze periode was ook van belang met het oog op de
oorlogsjaren, zoowel wegens de vele moeilijkheden die deze zelf
medebrachten, in het bijzonder voor het paardenbedrijf, als
wegens de geheel andere verhoudingen die daarna op verschil
lend gebied ontstonden.