28
13
-
zeer zwak
zinnigen.
slechthoorende
kinderen.
Op 31 December 1926 werd de school voor zeer zwakzinnigen, Onderwijs aan
gevestigd in perceel Lijnbaan 38, bezocht door 48 leerlingen, n.l.
18 jongens en 30 meisjes; de oudste leerling was 21, de jongste
6 jaar.
Op 31 December 1926 telde de school 4 klassen; de verdeeling
der leerlingen over de klassen geschiedt overeenkomstig de
geestelijke en lichamelijke geschiktheid der leerlingen.
Aan de school waren op 31 December 1926 werkzaam 1 hoofd,
2 onderwijzeressen, 2 kweekelingen, 1 tijdelijk onderwijzer en 1
pianobespeelster.
Op 18 October 1926 is een nieuw leerplan in werking getreden. Leerplan.
Onderwijs wordt gegeven in de vakken: zaakonderwijs, zingen,
teekenen en gymnastiek, en in de beginselen van lezen, schrijven,
rekenen en handenarbeid. Ook werd een begin gemaakt met den
„vakarbeid” in de klasse der oudste leerlingen. Het matten van
gaatjes-stoelen levert reeds aardige resultaten.
De school voor slechthoorende kinderen was een deel van het School voor
jaar nog gevestigd in perceel Bleekerslaan 11a. Op 21 September
1926 werd het nieuwe schoolgebouw aan de Nieuwe Schoolstraat
22< in gebruik genomen.
Op 31 December 1926 telde de school 9 klassen, de klassen 7
en 8 waren gecombineerd. Er waren 113 leerlingen. De oudste
leerling was 16 jaar, de jongste 6 jaar. Ook kinderen van buiten
Den Haag werden opgenomen. Deze kinderen werden óf in ge
schikte gezinnen ondergebracht öf reisden per trein of tram
heen en weer.
Aan de school waren werkzaam: 1 hoofd, 4 onderwijzers, 1
onderwijzeres, 2 tijdelijke onderwijzeressen en 6 vakonderwij-
zers(essen), terwijl als oorarts aan de school is verbonden
Dr. A. Bin nerts.
In 1926 werden geplaatst 31 leerlingen, terwijl 19 de school
verlieten, van wie er 3 teruggingen naar de gew'one scholen,
terwijl de overigen een beroep kozen of zich verder op de am
bachtsscholen voor een beroep bekwaamden.
Op 8 Januari 1926 werd een nieuw leerplan ingevoerd. Leerplan.
De geneeskundige verzorging op de school was weer zoo in- Geneeskundige
gericht, dat, indien noodig, de kinderen dagelijks behandeld verzorging,
konden worden öf door den oorarts öf door de schoolzuster.
In den loop van het jaar werden bijna 5000 consulten ver
strekt, waaronder begrepen zijn de niet-oorheelkundige behan
delingen, als: verbanden, incisies, ongevallen, enz.
Door de schoolartsen en ook enkele malen door onderwijzers
en ouders werden 34 kinderen ter onderzoek naar de school ge
zonden. Van deze 34 kinderen waren er 23 geschikt om op de
VERSLAG LAGER ONDERWIJS.