12
94
FINANCIEEL OVERZICHT.
Gewone Dienst.
„Memorie” uitgetrok-
Baten.
Ten aanzien van de hierna genoemde posten zij het volgende
opgemerkt.
De „Opbrengst van verhuurde of verpachte eigendommen”,
begroot op f 190.000,heeft in 1927 bedragen f 204.900,42, zijnde
f 14.900,42 meer dan begroot was. Deze meerdere ontvangst werd
in hoofdzaak veroorzaakt door den plaats gehad hebbenden in
breng van gronden in 1926 en 1927, met welken inbreng bij het
opmaken der begrooting geen rekening kon worden gehouden.
„Recognitiën”begroot op f 24,gaf een bate van f 23,
zijnde f 1,minder dan begroot was.
„Verbeurde waarborgsommen”, voor
ken, gaf een opbrengst van f 641,44.
De post „Erfpachten” werd oorspronkelijk begroot op
f 1.700.000,Een nadere raming in den aanvang van het jaar
1927, goedgekeurd door den Raad in zijne vergadering van 7 Fe
bruari 1927, (Bijlage No. 103), gaf tot resultaat een vermoe
delijke opbrengst van f 1.800.000,—, zoodat de opbrengst ad
f 2.054.144,15 deze laatste raming met een bedrag ad f 254.144,15
heeft overtroffen. Deze overschrijding is een gevolg van het
groote aantal erfpachtsuitgiften, waarvan zeer bezwaarlijk een
juiste raming vooraf is te maken.
„Vergoeding gebruik grond door de Stichting „Centraal Wo-
ningbeheer”, geraamd op f 309.709,85, gaf een opbrengst van
f 310.257,79, zijnde f 547,94 meer dan begroot werd.
„Boeten”, begroot op f 3.000,gaf een opbrengst van f 3.262,36,
zijnde f 262,36 meer dan geraamd werd.
„Bijzondere inkomsten”, voor „Memorie” geraamd, gaf een
opbrengst van f 2.940,75. Hierin is begrepen de opbrengst van
een op grondrente verkocht terrein, alsmede de opbrengst uit
toevallige baten, verkoop grasgewas e.d.
De „Uitkeering uit het saldo van de uitgegeven terreinen tot
gedeeltelijke dekking van de renté” ad f 477.034,57 was oorspron
kelijk begroot op een bedrag ad f 466.537,85, doch werd later (zie
bij „Erfpachten”) verhoogd tot f 534.900,85. Óp dezen post was van
invloed de krachtens Raadsbesluit van 9 Mei 1927 (Bijlage No. 244)
aangebrachte wijziging in de Verordening op het Grondbedrijf
(Verzameling 1923 No. 18), waarbij het bedrag der bij te schrijven
rente (d.w.z. uit den Kapitaaldienst te verhalen rente) voor de
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
A.
TOELICHTING OP DE REKENING OVER 1927.