13 6 Verhuring wo- In dit verslagjaar kwamen 436 nieuwe woningen van lage ningen van la- huurwaarde in exploitatie: in Duindorp III 260 en in Spoorwijk ge huurwaarde. IV 176 woningen. In overeenstemming met de voorwaarden, door het Rijk bij het verleenen van het voorschot gesteld, werden bij de verhu ring der woningen de volgende regelen toegepast. Het inkomen van het gezin zal in het algemeen niet meer dan f 25,mogen bedragen (voor een groot gezin f 27, Voor de woningen in Spoorwijk IV kwamen achtereenvolgens in aanmerking: le. gezinnen uit onbewoonbaar verklaarde wo ningen; 2e. slecht gehuisveste gezinnen; 3e. gezinnen, gehuisvest in te kleine gemeentewoningen4e. gezinnen in te dure gemeen- tewoningen. Voor Duindorp III: le. gezinnen uit onbewoonbaar ver klaarde woningen; 2e. gezinnen uit de noodwoningen aan den Westduinweg; 3e. slecht gehuisveste gezinnen; 4e. gezinnen in te kleine gemeentewoningen; 5e. gezinnen in te dure gemeente woningen. De verhuring van de goedkoope woningen in Duindorp ver liep zeer vlot door de groote woningschaarschte en de slechte woningtoestanden te Scheveningen. Helaas konden alleen zeer kleine gezinnen worden geplaatst, omdat de woningen voor een groot gezin geheel ongeschikt zijn, zoodat vele groote gezinnen in onbewoonbaar verklaarde en in zeer slechte woningen niet geholpen konden worden. Toch werden in dit verslagjaar 98 gezinnen uit onbewoonbaar verklaarde woningen te Scheveningen in gemeentewoningen geplaatst. De verhuring in Spoorwijk IV ging aanvankelijk minder vlot. Dit is gedeeltelijk te wijten aan den weerzin van krotbe woners in het centrum, om naar den rand van de stad te ver huizen. Bovendien konden alleen kleine gezinnen in aanmerking komen, omdat de woningen zeer klein zijn, waardoor de keus al beperkt werd. Niettegenstaande deze ongunstige factoren waren toch aan het einde van het verslagjaar op één na alle woningen verhuurd. Bij de verhuring werd echter, evenals in Duindorp, zeer streng de hand gehouden aan de gestelde inkomstengrens en ongetwijfeld heeft het betrekken van deze woningen indirect bijgedragen tot een algemeene opschuiving, waardoor slechte krotten in de stad ontruimd werden, zoodat ook deze woningen ten volle beantwoorden aan het doel, waarvoor de regeering het voorschot heeft verleend. In verband met de opgedane ervaringen werd aan Burge meester en Wethouders geadviseerd, het vierde complex wo- VERSLAG VAN DE STICHTING CENTRAAL WONINGBEHEER.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1927 | | pagina 266