INLEIDING.
I. PERSONEEL.
VERSLAG van den Directeur van den Dienst voor
Kunsten en Wetenschappen over 1928.
Behalve mej. D. M. E. Hooykaas, die hare ten vorigen jare
begonnen werkzaamheden regelmatig is blijven voortzetten, is
ook mej. C. A. van Hees als volontaire bij de afdeeling moderne
kunst opgetreden. Met erkentelijkheid maak ik van haar beider
hulp gewag.
Het personeel bestond uit de volgende ambtenaren (op 1 Ja- Sterkte,
nuari 1929):
Algemeene Dienst: 1 directeur en 4 ambtenaren.
Afdeeling Museum Korte Vijverberg: 2 bedienden. 1 tijd, be
diende, 3 zaalwachters en 1 zaalwachter-reservist.
Afd. Tijd. Museum voor Moderne Kunst: 1 bediende en 2
zaalwachters.
Afdeeling Museum-Bredius: 1 bediende en 1 zaalwachter.
Bovendien zijn aan den Dienst verbonden: 3 werkvrouwen
en 1 tijd, werkvrouw.
Bijzonder verlof werd genoten door den heer Gallois voor Bijzondere ver-
bijwoning van een oudheidkundig congres in Italië. loven.
Evenals vorige jaren bepaalt dit verslag zich tot een kort
vermelden der gebeurtenissen van dit jaar; voor uitvoerige
bespreking der verschillende aanwinsten der Musea verwijs ik
naar de door mijn Dienst uitgegeven „Mededeelingen”.
Met bijzondere voldoening kan ik gewagen van den voortdu-
renden regelmatigen voortgang der Museumplannen en van de
belangstelling, die ons werk in steeds toenemende mate ten
deel valt.
Bjj lage 42