42 2 II. ALGEMEENE DIENST. Museumbouw. Museumpenning. 4 Opdrachten aan kunstenaars. Monumenten zorg. In den loop van het jaar werd een begin gemaakt met de uitvoering van het Raadsbesluit van 16 Dec. 1927, waarbij gelden werden toegestaan voor de voorbereiding van den museumbouw. Ten einde de werkzaamheden regelmatig te kunnen voortzetten werd het crediet van 10.000 gld. bij Raadsbesluit van 14 April verhoogd met 100.000 gld. Op het reeds in 1922 aangewezen terrein aan de Stadhouderslaan werd sedert een houten gebouw gezet, bestaande uit twee zalen, zooals zij in het voorloopig museum- ontwerp van Dr. Berlage zijn geschetst, voorzien van twee soorten van verlichting, ten einde over dit, voor een schilde rijenmuseum zoo belangrijke, vraagstuk langs experimenteelen weg een oordeel te kunnen vormen. Behalve met het zoogenaamde lantaarnlicht (staand licht bij gesloten zoldering) werd een proef genomen met een geheel glazen dak en daaronder een gedeel telijk gesloten zoldering, waardoor een sterkere verlichting der wanden en een slechts indirecte verlichting van de zaal zelf verkregen wordt. Deze, elders nog niet toegepaste, methode ver wierf, dank zij haar inderdaad verrassend effect, de volle in stemming van de voor den museumbouw uit de Commissie van Advies aangewezen subcommissie. Thans is Dr. J. van Lohuyzen aangezocht om door geregelde metingen van het licht de meest gunstige maat der lichtopeningen te bepalen. Deze metingen zullen gedurende 1929 moeten worden voortgezet. Dr. Berlage kwam intusschen gereed met een algemeen schetsplan, dat tot grondslag dient voor het verder overleg met bovengenoemde subcommissie. Ik heb hoop, dat in den loop van 1929 de ontwerpen zoover zullen zijn uitgewerkt, dat met de opmaking van het bestek zal kunnen worden begonnen. Betreffende monumentenzorg vallen zaken van bijzonderen aard niet te vermelden. Adviezen werden gegeven in zake de geleidelijke verbetering der verschillende deelen van het Stadhuis. Op mijn voorstel werd een exemplaar van den museum penning uitgereikt aan den heer W. van Maanen te Amsterdam, den schenker der Collectie van Maanen, ter gelegenheid van het feit, dat verschillende belangrijke stukken dezer collectie, die de schenker voorloopig in bruikleen had gehouden, in het museum zijn tentoongesteld. Geadviseerd werd om voor de penning, welke kan worden uitgereikt aan gemeente-ambtenaren bij langdurigen dienst, een nieuw model te doen vervaardigen. Opdracht werd verleend aan G. van der Hoef, die in de uitvoering ervan goed slaagde. VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1928 | | pagina 1052