42 8 B Bruiklecnen. Aanwinsten. Geschenken. SA i Bh Ook dit jaar werd de verzameling aanzienlijk uitgebreid. De „Vereeniging voor Moderne Kunst” schonk een vroeg werk van Kever, voorstellende den schilder Metzelaar, in zijn atelier aan het werk. Dit 1879 gedateerde schilderij is ontstaan toen Kever aan de Academie te Antwerpen schilderde of onmiddellijk daarna. Het doet on-Hollandsch aan in zijn pittige, frissche kleurigheid. Aangezien de iets oudere Metzelaar in Parijs woonde (waar hij 1881 overleed), schijnt het niet uitgesloten, dat Kever tusschen het verlaten van de Antwerpsehe academie in 1879 en het zich vestigen in Laren in hetzelfde jaar, eenigen tijd in Parijs is geweest, waar dit schilderij dan ontstaan zou zijn. Verder schonk de Vereeniging ter gelegenheid van de eere-ten toonstel ling van den overleden ouden meester F. P. Termeulen, een van diens kleiner, intiemer werk, „een oude vrouw aan het spinne wiel”, waaruit een geheel andere toon klinkt dan uit het groote werk, dat het museum reeds van dezen schilder beaat. Ter gelegenheid van de Breitner-tentoonstelling in de Kon. Kunstzaal Kleykamp naar aanleiding van den aankoop door dezen kunsthandel van de geheele collectie werken van Breitner uit het bezit van den heer Hidde-Nyland schonk mevr. Kley kamp—Haagen Smit aan bet museum een important aquarel van den grooten meester, „de Oostersche Prins”, waarvoor wij te meer erkentelijk waren, omdat deze, zoo uiterst belangrijke zijde van Breitner’s oeuvre, de aquarel, waarin hij effecten ge zocht en bereikt heeft, die ook na de prachtige waterverfkunst van de Haagsche School verrassend waren, in ons museum nog niet vertegenwoordigd was. Zeer welkom was ons een klein zeestuk van Toorop, dat Dr. A. Hendriks aan de verzameling schonk, een kleurig schilde rijtje van 1890. Dr. Bredius schonk, ter gelegenheid van de eere- tentoonstelling van Philip Zilcken in Pulehri-Studio, twee kleinere werken van den schilder (Biskra en Gezicht op de Notre-Dame te Parijs), waardoor deze nu ook in het museum vertegenwoordigd is; dan werd van Dr. K. J. Pen een dames- portret van den Belgischen schilder J. J. Eekhout, die langen tijd directeur was van de Haagsche academie en van eenige belangstellenden een pastelteekening van Abel Pan, voorstellen de Kaïn ploegend, verworven. Ten slotte schonk iemand, die ongenoemd wil blijven, ons het damesportret van de in Den Haag werkende Zwitsersche schilderes Louise Guyot, dat wij in het begin van dit jaar van de kunstenares zelf in bruikleen kregen, terwijl een andere ongenoemde schenker van dezelfde schilderes een „Visscherskop” aanbood. Dit jaar werden slechts weinig werken in bruikleen ont- VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSOHAPUEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1928 | | pagina 1058