8
3
van het totaal aantal aanslagen en 45 van de totale be
lastingopbrengst.
Alle inkomens boven een belastbaar inkomen van f 9.500,
maken te zamen 4 van het totaal aantal aanslagen uit en
leveren 55 van de belastingopbrengst. Hiervan geven de
inkomens van f 9.500,tot f 19.500,n.l. 2564 aanslagen, een
opbrengst van 13 van het totaal; de inkomens van f 19.500,
tot f 49.500,n.l. 1264 aanslagen, een opbrengst van 17 van
het totaal; en ten slotte die der hoogstaangeslagenen, n.l. de be
lastbare inkomens boven f 49.500,met 455 aanslagen, ruim
25 van de totale opbrengst.
Staten VI en VII geven een overzicht van de forensen. Staat Forensen.
VI is een specificatie van de forensenaanslagen in groepen naar
het belastbaar inkomen en staat VII bevat een statistiek, waar
uit blijkt, hoeveel werk- en woonforensen in de omliggende
plaatsen wonen, alsmede hun belastbaar inkomen.
In 1927/28 was het aantal werkforensen 3145 tegen 2664 in
1926/27, het aantal woonforensen bedroeg in 1927/28 338 tegen
353 in 1926/27.
Uit deze staten blijkt, dat het aantal forensen in 1927/28 met
466 is toegenomen.
De opbrengst der forensenbelasting bedroeg over 1927/28
f 340.459,99 tegen f 332.003,14 in 1926/27, alzoo eene meerdere
opbrengst van rond f 8.450,—.
Het gemiddeld belastbaar inkomen der forensen was per aan
geslagene in 1927/28 f 3.655,— tegen f 4.073,— in 1926/27 en
f 4.074,in 1925/26. Hieruit blijkt, dat het gemiddeld belast
baar inkomen per aangeslagene met ruim f 400,is vermin
derd, hetgeen het gevolg is van de vermeerdering van het aan
tal forensen met kleine inkomens.
Het aantal personen, dat wegens hoofdverblijf in deze ge
meente is aangeslagen, doch elders werkzaam is en aldaar in
de forensenbelasting werd betrokken, bedraagt 2 047. Het be
drag, dat de Gemeente aan belastingopbrengst van deze per
sonen moet derven, bedroeg in 1927/28 f 260.206,84 tegen
f 271.168,94 in 1926/27.
Staat VIII geeft een overzicht van het aantal gevestigde en Vestiging en
vertrokken belastingplichtigen naar groepen van het belastbaar vertrek,
inkomen over de jaren 1925/26, 1926/27 en 1927/28. Voorts blijkt
uit dezen staat het verschil tusschen de vermeerdering en de
vermindering van het aantal aanslagen en het belastbaar in
komen, verdeeld in groepen, ten gevolge van vestiging en ver
trek in het belastingjaar 1927/28.
In genoemd jaar was het aantal aanslagen ten gevolge van
VERSLAG DER GEMEENTEBELASTINGEN.