9
5
’s-G ravenhage, Februari 1929.
De Directeur
van de Gemeentelijke Hypotheekbank,
HENSS.
Tot executie van onderpanden krachtens onherroepelijke vol- Executies,
macht behoefde in 1928 niet te worden overgegaan.
Ter voorziening in de behoefte aan kapitaal nam de Bank Kapitaal
in 1928 f 1. 367.077,30 op, waartegenover (in verband met disagio
en leeningskosten) eene kapitaalschuld aan de Gemeente staat
van f 1.392.572,24.
De over genoemd kapitaal van f 1.392.572,24 aan de Gemeente
te vergoeden rente bedraagt 4’/2
Het wegens gewone periodieke aflossingen aan de Gemeente
verschuldigde bedraagt f 177.927,82. De balans bevat de specifi
catie van dit bedrag.
De exploitatie leverde, na aanwending van f 5.486,45 voor Rekening,
gedeeltelijke afschrijving van disagio en van f 75,voor af
schrijving op meubilair, een overschot op van f 36.891,85, welk
bedrag ingevolge art. 13 der beheersverordening dient tot vor
ming van reserve, evenals de rente ;ad f 15.486,92, welke de
belegging van het reservekapitaal in 1928 heeft opgeleverd;
totale vermeerdering f 52.378,77.
Na verhooging met het batig saldo der verlies- en winst- Reserve,
rekening en met de rente van het reservefonds bedraagt de
reserve f 351.215,53.
VERSLAG GEMEENTELIJKE HYPOTHEEKBANK.