11
8
Straffen.
ALGEMEENE BESCHOUWINGEN.
IV.
Werken.
Aanbestedingen.
Schadever
goeding.
Slechts enkele wijzigingen van zeer ondergeschikten aard
vonden in de gebouwen plaats.
Ambtenaren. In het jaar 1928 werden geen ambtenaren ge
straft.
Werklieden. In het jaar 1928 moest 415 maal een boete lager
dan f 0,26 en in 2 gevallen een hoogere boete worden opgelegd.
In 44 gevallen kon met een voorwaardelijke straf, in 89 gevallen
met een waarschuwing worden volstaan. In totaal werd een be
drag van f 56,70 aan boeten ingehouden.
De boeten lager dan f 0,26, de waarschuwingen en de voor-
w’aardelijke straffen betroffen het te laat te werk komen en het
niet afstempelen van de tijdkaart. De boeten hooger dan f 0,26
zijn opgelegd respectievelijk wegens het bij herhaling niet te
werk komen buiten verlof en ziekte en het zonder toestemming
verrichten van diensten voor derden. In één geval is gestraft
met schriftelijke berisping wegens onbehoorlijk optreden. Van
2 werklieden is het dienstverband beëindigd wegens het langer
dan 3 achtereenvolgende dagen niet te werk komen buiten ver
lof of ziekte (Art. 52, 1ste lid sub b. W. R.).
Van het recht op beroep op het Scheidsgerecht is geen ge
bruik gemaakt.
Schadevergoeding behoefde in 1928 niet te worden opgelegd.
Het aantal der in het afgeloopen jaar uitgevoerde en in uit
voering gekomen nieuwe werken was zeer omvangrijk, waarbij
speciaal op den voorgrond is getreden de bouw van scholen,
hoofdzakelijk een gevolg van de nog steeds vorderende uitbrei
ding van de stad in diverse richtingen. Hiervoor was uiteraard
noodig het aanleggen van stratenplannen, die ook in het aantal
der werken een belangrijken factor vormen. Naast deze werken
die, naarmate de bevolking groeit en de stad zich uitbreidt, steeds
aan de orde zullen blijven, kunnen nog vermeld worden die op
het gebied van bruggenbouw, waterverbindingen en haven
aanleg.
Het aantal openbare aanbestedingen bedroeg 29. Werken van
bijzonderen of spoedeischenden aard werden ondershands aan
besteed.
De aanbestedingen hadden over het algemeen een geregeld
verloop, terwijl de belangstelling daarvoor van de zijde der
inschrijvers steeds voldoende was.
III. GEBOUWEN C.A. TEN BEHOEVE VAN HET
BEDRIJF.
VERSLAG GEMEENTEWERKEN.