13 32 Passiva. I. A. Gemeente 's-Gravenhage, (Rijksvoor schotten). B. Gemeente ’s-Gravenhage, Leeningsschulden). De indeeling in twee rubrieken bleef ook hier ter bevordering van het overzicht gehandhaafd. II. Brandstoffenhokken, kippenhokken en wat er leiding aanslui tingen. Bedragen der van de Gemeente opgenomen kapitalen. Zie toe lichting onder II van de Activa. VI. Rente van gedeponeerde gelden. Nog per 31 December verschuldigde rente over door bewoners gedeponeerde waarborgsommen. VII. Waarborgsommen, Door bewoners gedeponeerde bedragen in zake verhuring. VIII. Glasverzekering. Saldo van het fonds van den aanvang der exploitatie af. Van dit saldo zal een gedeelte, ten bedrage van ongeveer het voor- deelig exploitatie-saldo over 1928, worden aangewend, om gelijk in 1925 geschiedde aan de bewoners, die geruimen tijd in de gemeentelijke complexen wonen en aan het fonds hebben bijgedragen, in 1929 te restitueeren. Ter verdere toelichting zij voorts verwezen naar de elders in dit verslag voorkomende exploitatie-rekening. XI. Reserve voor annuïteiten. Jaarlijks worden op deze rekening geboekt de verschuldigde en vermoedelijk verschuldigde annuïteiten van de vastgestelde en de nog vast te stellen voorschotten van Rijk en Gemeente. Op de vervaldata heeft betaling ten laste van deze Reserve plaats. XII. Reserve voor onderhoud. Stand van het Fonds met inbegrip van gekweekte rente en van opname en storting per 31 December. (Zie onder IX van de activa met daarbij gegeven toelichting.) XIII. Reserve voor extra-afschrijving. Voor de complexen Kortenbosch en Westeinde is een levens duur gesteld van respectievelijk 35 en 25 jaar, terwijl het Rijks- voorschot in 50 jaar moet worden afgelost. Hierdoor is extra- afschrijving noodzakelijk. De hier gegeven stand van het fonds is met inbegrip van rente-vergoeding en reserveering over 1928. (Zie art. IX van de activa met daarbij gegeven toelichting.) VERSL. VAN DE STICHTING CENTRAAL WONINGBEHEER. I

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1928 | | pagina 307