32 5 het B.L.O. onderzocht. Werkzaamheden van den School arts voor het buitengewoon lager onderwijs. Sterk was dit jaar de toeloop van kinderen, wier keelslijm- vlies onderzocht moest worden voor verschillende doeleinden. Het waren er 914. Al deze praeparaten werden voor verder onderzoek gezonden naar het Gemeentelijk Ziekenhuis. Voor behandeling van of controle op reinheid kwamen 1.370 kinderen bij de schoolzusters op inspectie. Een 40-tal kinderen werd gekeurd voor de Vacantiekolonie „Naar Buiten”. Te zamen 5.966 kinderen, voor wie advies gevraagd werd op het Centraal-Bureau. Ruim 15.000 gevallen kwamen zoodoende met den School artsendienst in aanraking, waarvan er echter verscheidene zijn, die ettelijke malen per jaar terugkomen. In 1928 werden 293 candidaten voor Hiervan werden 68 niet of nog niet tot de B.L.S. toegelaten öf wegens te geringe achterlijkheid öf wegens een of andere licha melijke afwijking, die in oorzakelijk verband met de achterlijk heid zou kunnen staan en waarvan derhalve eerst de behande lingsresultaten moesten afgewacht worden, öf omdat ze nog te jong en te kort op de gewone lagere school waren. Van de 225 wèl voor de B.L.S. geschikte candidaten zijn 36 niet geplaatst, enkele hiervan door vertrek naar buiten, het meerendeel echter wegens den tegenzin der ouders tegen de B.L.S. Het z.g. systematisch geneeskundig onderzoek dezer leer lingen van het B.L.O. kon door tijdsgebrek slechts incidenteel geschieden. Van de bijzondere B.L.O.-scholen werden slechts die leerlingen onderzocht, die daarvoor door de hoofden dier scholen opgegeven werden. Uitvoerige medisch-specialistische en psychologische onder zoekingen in het Paedologiseh laboratorium geschiedden 227 maal. Een groot aantal hiervan is onder periodieke controle ge houden. Speciaal geldt dit gevallen, waarvan onderzoek aange vraagd werd wegens groote tuchteloosheid of onhandelbaarheid op school of thuis. In den loop van 1928 werd het tweede centrum voor school- Schooltandver- tandverzorging geopend in het gebouw aan de Colenzostraat 6, zorging. waar 16 April de eigenlijke werkzaamheden begonnen. Aan het eerste centrum werden nog 5 scholen toegevoegd; het tweede centrum strekt zijn werkkring uit over 47 scholen. Twee hiervan hebben zich weer teruggetrokken, omdat de resp. besturen bij nader inzien geen bemoeiing van den kant van de Gemeentelijke schooltandverzorging wenschten. Dit waren de scholen aan de Prinsegracht 182 en aan de Beetsstraat 90. Ge- VERSLAG GEMEENTELIJKE SCHOOLARTSENDIENST.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1928 | | pagina 699