Ii
34
J
§hi
15
Gepasteuriseerde melk.
Tabel VI (vervolg).
o
o
o
o
I 0
o
s
bc
3?
s
„Berkendael” bleek Modelmelk.
In 16 monsters modelmelk van de hoeve
het aantal levensvatbare micro-organismen per* cm3, melk nim
mer hooger dan 50.000 en bedroeg in slechts twee monsters meer
dan 10.000. In één cm3, melk werden colibacteriën slechts in één
monster aangetroffen. De modelmelk in den handel gebracht
door de Melkinrichting der Vereenigde Zuivelbereiders is slechts
8 maal bemonsterd. In drie monsters was het aantal kweekbare
micro-organismen hooger dan 50.000, terwijl in drie monsters
colibacteriën in 1 cm3, melk aanwezig waren.
In November webd ook modelmelk aangetroffen van de Hyg.
Melkerij „Paritas” te Overschie. Van deze melk is één monster
onderzocht en dit voldeed aan den eisch, dat het aantal bacteriën
per cm3, lager was dan 50.000, n.l. 10.200. Colibacteriën daaren
tegen waren in 1 cm3, aanwezig.
Alle monsters gaven bij toevoeging van Storch’s reagens een
kleur als rauwe melk en evenzoo bij behandeling met guajaiol.
De weinige monsters taptemelk, welke ter onderzoek in- Taptemelk en
kwamen, waren alle deugdelijk. Belangrijk grooter was het aan- karnemelk,
tal onderzochte monsters karnemelk, n.l. 911.
Het gemiddeld gehalte van de vetvrije droogrest, de maat ter
beoordeeling der deugdelijkheid van karnemelk, bedroeg 7,81
(tegen 7,64 in 1927 en 7,72 in 1926). Dit cijfer mag zeer be
vredigend heeten, zoo men weet, dat de eisch in het Melkbesluit
gesteld 7,3 bedraagt. Hieruit blijkt tevens, dat de bezwaren,
a|-
ii§
5 b 8
I
VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.
NAAM DER INRICHTING.
Gouda.
Melkinr.
1
1
0
0
12
11
0
n
7
2
5
2
12
5
0
T>
H. Schouten, Kleiweg
1
1
o
4
9
0
0
0
0
0
o
4
8
12
ee
§5
A. den Ouden, Peperstraat
12
x c
38
gg
23
c cx
si
tn S
S-. SD
S'E
ii
U
„de Goudsche Melkinr.” Turf-
singel
„N.V. Zuivelfabriek Gouda”,
Kamemelksloot
„N.V. Vereenigde Zuivelberei-
ders”, Westhaven.
8-
j B Aantal monsters,
I waarin per cm3, melk
i «2 I hel aantal bacteriën
I bedroeg