42
36
van
het Voortgezet
richtingen
Voor alle jaren en alle
Onderwijs zijn de verhoudingscyfers voor de meisjes belangrijk
hooger dan die voor de jongens. Het grootst zijn de verschillen
bij de Bijzondere Gymnasia en Hoogere Burgerscholen. Slechts
met uitzondering van enkele klassen der Openbare Gymnasia
en één klasse der Openbare Handelsdagscholen is ook in alle
klassen en voor alle jaren het aantal meisjes in den normalen
leeftijd naar verhouding grooter dan dat der jongens.
Voor de Handelscursussen is uit staat I berekend het aantal
leerlingen jonger dan 14 en ouder dan 17 jaar.
Bij de Bijzondere cursussen is dus het aantal vrouwelijke
leerlingen ouder dan 17 jaar naar verhouding veel grooter dan
bij de Gemeentelijke. Opmerkelijk is voorts, dat bij de Gemeen
telijke cursussen naar verhouding meer vrouwelijke dan man
nelijke leerlingen jonger dan 14 jaar zijn; bij de leerlingen
ouder dan 17 jaar is de verhouding juist andersom.
VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS.
Aantal leerlingen in den normalen leeftijd in pCt.
Openbare Gymnasia
38,7
57,7
Bijzondere Hoogere Burgerscholen.
Openbare Handelsdagscholen
Vr.
Vr.
Bjjzondere Gymnasia
Openbare Hoogere Burgerscholen.
3,5
4,8
4,-
2,5
2,3
4,3
4,3
2,8
19,5
21,3
23,6
30,9
30,8
27,2
33,5
37,4
31,6
30,2
31,9
29,9
44,4
44,3
53,6
29,9
30,7
31,4
42,7
38,3
46,2
18,8
21,2
22,5
26,3
30,-
29,9
Meisjes.
44,3
45,-
46,2
1 Oct.
Gem. Handelscursussen 1926
1927
1928
1,5
1,9
2,7
van het totaal.
Jongens.
39,4
40,8
40,1
23,-
22,8
23,3
ouder dan 17 jaar.
M.
Aanvang cursus.
1926/1927
1927/1928
1928/1929
1928/1929
1926/1927
1927/1928
1928/1929
1926/1927
1927/1928
1928/1929
1926/1927
1927/1928
1928/1929
Handelscursussen.
Aantal leerlingen (in pCt. van het totaal)
jonger dan 14 jaar.
M.
1 Oct.
Bijz. Handelscursussen 1926
1927
1928