44
Bijlage
4
VERSLAG betreffende het Gemeente-Bureau voor
Beroepskeuze te s-Gravenhage over hetjaar 1929.
Door het vertrek van den heer A. H. van Deth naar Samenstelling
Amsterdam kwam eenige verandering in de samenstelling van der Commissie,
de Gemeentelijke Commissie voor Beroepskeuze. In diens plaats
werd door B. en W. benoemd de heer Jac. Cusiel. De heer
Dr. H. J. Lovink bleef de functie van voorzitter vervullen,
terwijl de Commissie verder gevormd werd door Mej.A. Polak,
directrice van het Nationaal Bureau voor Vrouwenarbeid, en
de heeren Anth. Folmer, directeur van den Rijksdienst der
Werkloosheidsverzekering en Arbeidsbemiddeling,ondervoorzitter
der Commissie, Jac. Cusiel, voorzitter van de afdeeling Den
Haag van den Nederlandschen Schildersgezellenbond, F. E. Eisen,
onderdirecteur der le Ambachtsschool, F. B. J. Kuiper, hoofd
eener school, en J. A. Ruhe, pastoor. Het secretariaat wordt
waargenomen door de afdeeling Sociale Zaken der Gemeente
secretarie.
Het personeel bestond uit den leider, een adviseur in den Personeel,
rang van adjunct-commies, en een 2en klerk.
In de vergaderingen der Commissie kwamen de volgende Werkzaamheid
onderwerpen aan de orde: de verhuizing van het Bureau voor der Commissie.
Beroepskeuze naar de bovenvertrekken van het gebouw Prinse-
gracht 65, de samenwerking met de afd. Jeugdbemiddeling der
Gemeentelijke Arbeidsbeurs, de uitbreiding van het personeel
van het Bureau voor Beroepskeuze, de centralisatie van de
nazorg voor jeugdige onvolwaardigen, de aanschaffing van
psychotechnische hulpmiddelen, het secretariaat van het Centraal
Comité in zake voorlichting bij beroepskeuze, de ambtstijd van
de leden der Commissie, de voorbereiding en samenstelling van
een voordracht aan B. en W. voor de benoeming van een
derden adviseur, de werkwijze van het Bureau voor Beroeps
keuze en verder onderwerpen van uitsluitend internen aard.
Ten aanzien van de verhuizing bleek in verband met de Huisvesting van
behoefte aan ruimte voor de Gem. Arbeidsbeurs geen andere Bureau,
oplossing mogelijk, dan de inrichting van een drietal vertrekken
op de 1ste verdieping van het gebouw Prinsegracht 65.