L 13 24 Tentoonstellings- Werken. III. GEMEENTELIJK GRONDBEDRIJF. Ten einde de exploitatie mogelijk te maken, werden de na volgende werken ondernomen: In het plan „Duindorp” werd voortgegaan met den straat- aanleg voor zoover de voortschrijdende bebouwing in dit plan zulks vorderde, terwijl de geheel bebouwde gedeelten van plantsoenaanleg werden voorzien. In de plannen „Houtrust I, II en III” en „Segbroek I” werden voltooiingswerken uitgevoerd en plantsoenaanleg en boombeplanting aangebracht. In het plan „Segbroek II” werd de aanleg van het le ge deelte voortgezet; met den aanleg van het 2e gedeelte werd aangevangen. In de plannen „Laan van Meerdervoort II en III”, „Rusten burg” en Transvaalkwartier” werden eenige voltooiingswerken uitgevoerd. Voortgezet werd de aanleg van het plan „Eik en Duinen”. In het plan „Laakhaventerreinen” werd naar behoefte met den aanleg voortgegaan. In het plan „Spoorwijk” werden eenige voltooiingswerken uitgevoerd. In het plan „Laakwyk” werd met den aanleg voortgegaan. In het plan „Oostbroek” werd aangevangen met den aanleg van een gedeelte van dit plan. In het plan „Rijswijkscheweg” werden eenige voltooiings werken uitgevoerd. De aanleg in het plan „Harstenhoek” werd voortgezet. De verdere uitvoering van straataanleg enz. aan en nabij het Willem-Witsenplein werd voortgezet. In het plan „Molensloot” werd de aanleg aangevangen. De Dienst der Gemeenteplantsoenen ging ook in 1929regel- Besprekingen werden gevoerd betreffende de mogelijkheid terrein Pomp- van aankoop door de Gemeente van een aan den Staat toe- stationsweg. behoorende oppervlakte grond gelegen tusschen Pompstations- weg en Klein Zwitserland (het terrein waarop zich thans het hulpziekenhuis bevindt) ten behoeve van het eventueel in richten als tentoonstellingsterrein, na het beëindigen van het gebruik als ziekenhuisterrein. Deze onderhandelingen waren aan het einde van het verslagjaar nog niet beëindigd. VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING. EXPLOITATIE-OVEBZ1CHT. E. DIVERSEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1929 | | pagina 240