27
50.000,—
f
315.000
3.000
15.000,—
975.000
450.000,—
157.000,—
154.724,16
2.520.000
door het Reservefonds van het Noodhypotheken-
fonds
door het Reservefonds van den Woningdienst;
door het Onderhoudsfonds van den Woningdienst;
door het Reservefonds van het Gemeentelijk
Electrisch Bedrijf;
door het Reservefonds der Duinwaterleiding;
Reservefonds van den Gemeentelijken
Telephoondienst
door het Reservefonds van het Openbaar Slacht
huis;
door het Fonds tot reserveering van de extra-
afschrijvingen op woningen, in beheer bij de
Stichting „Centraal Woningbeheer”
door het Fonds voor uitkeeringen aan personeel,
vallende onder de Verordening No. 10 van 1927.
Een overzicht der Gemeenteschulden wordt aangetroffen op
blz. 28—37.
Het totaal bedrag van de vaste schuld op 31 December 1929
(Rijksvoorschotten voor woningbouw enz. inbegrepen) bedroeg
f 236.750.243,(f 547,— per inw.) tegen f 224.948.021,(f 529,
per inw.) op 31 December 1928. Cijfers betreffende voorafgaande
jaren worden aangetroffen in de Jaarboeken van het Gemeen
telijk Statistisch Bureau.
Van de vaste schuld op 31 December 1929 moet een bedrag
van f 165.770.726,of 70% als geldelijk „productief” en een
bedrag van f 70.979.517,of 30% als geldelijk „improductief”
worden beschouwd.
In 1929 was het hoogste bedrag der vlottende schuld
f 18.125.000,het laagste bedrag f 2.400.000,het hoogste
rentepercentage bedroeg 6, het laagste 3'/2. Op 31 December
1929 bedroeg de vlottende schuld f 9.180.000,Hiervan werd
geleend voor 3 maanden f 4.500.000,—, „on call” f4.155.000,
en voor een bepaald tijdvak f 525.000,
Voor gegevens betreffende de Gemeentelijke belastingen Plaatseljjke
wordt verwezen naar het verslag omtrent de werking dier belastingen,
belastingen (bijlage 8) en de Jaarboeken van het Gemeentelijk
Statistisch Bureau.
n
n
n
n
n
n
n
n