15
2
Badinrichting.
Bewoning.
1929
Inning der
bijdrage.
Gedrag der
bewoners.
890,70
1.103,40
1.104
1.102,75
1.023,75
gezin werd wegens wangedrag van een 2e klasse naar een
3e klasse woning overgeplaatst.
Moest vroeger aandrang worden geoefend op de bewoners
om gebruik te maken van de badinrichting, thans is dat slechts
noodig voor enkelen. Velen hebben er behoefte aan om eiken
avond als zij van hun werk terugkeeren, een bad te nemen.
Ook de gezinnen nemen deze gewoonte over, zij het dan niet
zoo intensief als verschillende gezinshoofden. Het regelmatig
en vrijwillig gebruik maken van de badinrichting wijst opeen
zich ontwikkelend gevoel van eigenwaarde. In het afgeloopen
jaar werden 8752 baden verstrekt tegen 8062 in het vorig jaar.
Groote aandacht blijft bij voortduring gewijd aan de wijze
van bewoning. Als gevolg van het feit, dat vele gezinnen door
de hulpdiensten op vaste inkomsten kunnen rekenen, is de
algemeene welstand bij velen aanmerkelijk toegenomen. Voor
heen werd door geen enkelen bewoner belasting betaald, thans
werd f 100,belasting ingehouden van de loonen. Ons
Bestuur meent dan ook op den ingeslagen weg, wat betreft de
dagelijksche bemoeiing met de bewoners, te moeten voortgaan.
De mentaliteit der bewoners beweegt zich in opwaartsche
richting. Met gerechtelijke instanties hadden de in de inrichting
verblijfhoudenden zoo goed als niet te doen. Eenige huurkoop-,
beleedigings- en andere conflicten werden tot genoegen van de
betrokkenen bij gelegd.
Vermelding verdient, dat de kosten van herstelling van ruiten
bedroegen in: 1925: f672,46; 1926: f583,82; 1927: f 496,24;
1928: f 368,56; 1929: f 327,51.
Om het gedrag der bewoners te toetsen en ter verbetering
van den welstand van het inwendige der Stichting, is in 1929
voortgegaan met het aanleggen van gazons en het aanbrengen
van planten, geschonken van belangstellende zijde. Deze aanleg
is om paedagogische en financieele redenen door de bewoners
zelf uitgevoerd. Krachtig hebben zij den aanleg gesteund en
tot een behoorlijk onderhoud bijgedragen.
Was eenerzijds het feit, dat een deel der bewoners over
vaste inkomsten ten gevolge van de werkverschaffing beschikte,
zeer wel merkbaar bij de inning der wekelijksche bijdragen,
bij de overige bewoners bleef het bij voortduring moeite kosten
het verschuldigde te innen.
De schuld (inclusief glaspremie) bedroeg op:
1 Januari 1929 f
1 April
1 Juli
1 October
31 December
VERSLAG DER STICHTING CONTRÖLE-WONINGEN.