20
2
Badinrichtingen en Tarieven.
Het aantal bij de Vereeniging in beheer en bedrijf zijnde
badinrichtingen bedroeg 1 Januari 19298. De verbouwing van
het badhuis aan de Jan-van-Gojenstraat naderde zijne vol
tooiing. Reeds kon het volle aantal kuipbaden, dat van 4 op 8
gebracht was, voor het publiek beschikbaar gesteld worden.
De openstelling van het schoolkinderbad zou echter nog eenigen
tijd vragen.
De tarieven bleven onveranderd.
Wijzigingen in het Beheer.
Bij schrijven van 4 Juni 1929 deelden Burgemeester en Wet
houders het Bestuur mede, dat de Raad zich vereenigd had
met hun voorstel, om de exploitatie van de badhuizen aan de
Spionkopstraat en Julianastraat, waarvan de termijn voor het
beheer door de Vereeniging „Volksbad” respectievelijk op
6 September 1928 en 28 Maart 1929 was verstreken, nog tot
het einde van het jaar 1929 te blijven toevertrouwen, als wanneer
mocht worden aangenomen, dat de reorganisatie van het beheer
der Gemeentelijke badhuizen haar beslag zou hebben gekregen.
Het voorstel aangaande de reorganisatie zelve bereikte den
leden bij schrijven van 11 Juni d.a.v. Ag. No. 14218, Afd. O.W.
Hierin was tevens neergelegd het verzoek om alvorens
het ontwerp bij de Raad in te dienen te mogen worden in
kennis gesteld met de opmerkingen, waartoe het ontwerp-voorstel
aanleiding mocht geven. Behoudens de redactie-wijziging van
een enkele zinsnede met betrekking tot het financieel beheer,
vereenigde het Bestuur zich met de voorgestelde wijziging van
het beheer.
Voor dit beheer, dat in handen gelegd zou worden van eene
door Burgemeester en Wethouders nieuw op te richten Stichting,
waren ingevolge art. 3 sub C barer Statuten, de heer W. van
Boven en Mevr. A. M. RuyschDouwes Dekker, respectievelijk
Onder-Voorzitter en Secretaresse-Penningmeesteresse der Ver
eeniging „Volksbad”, uitgenoodigd als lid in het Bestuur der
nieuwe Stichting zitting te nemen. Aan dit verzoek werd door
beide leden het verlangde gevolg gegeven.
Algemeene uitkomsten der exploitatie.
Voor het Badhuis aan de Zuid-West-Buitensingel wordt naar
de bespreking daarvan verwezen.
Het in het geheel verstrekte aantal baden bedroeg in 1929:
469.160 tegen 479.621 in 1928. Deze waren als volgt verdeeld
over de verschillende badhuizen, terwijl de cijfers van het
voorafgaande jaar tusschen haakjes geplaatst zijn.
VERSLAG VAN DE VEREENIGING VOLKSBAD.