By lage 25
a.
b.
VERSLAG betreffende den toestand van de werken en den
uitslag van de exploitatie der Duinwaterleiding van
s-Gravenhage over het jaar 1929.
De Commissie van Bijstand in het beheer der Duinwater- Commissie van
leiding bestond aan het begin des jaars uit Mr. J. A. de Wilde, Bjjstand.
Wethouder voor de Financiën en de Gemeentebedrijven, W. A.
T. de Meester, E. Viskoper Szn., J. J. Muijlwijk en F. B. G. W. Spit.
Op 7 October 1929 overleed de heer de Meester. Zijn werk
zaamheid in de Commissie, waarvan hij onafgebroken ruim
14 jaren deel uitmaakte, blijft ook dezerzijds in dankbare her
innering. In zijn plaats werd in de Gemeenteraadsvergadering
van 4 November 1929 de heer W. Eijmers benoemd.
Overigens onderging de Commissie in hare samenstelling
geen wijziging. Mr. Dr. J. H. Labberton bleef belast met het
secretariaat.
Behalve de bij Raadsbesluit van 7 Januari 1929 in het Tarief.
Tarief gebrachte wijzigingen, die in het verslag over 1928
reeds besproken werden, zijn in 1929 in de leveringsvoorwaarden
de volgende veranderingen aangebracht:
1. Bij Raadsbesluit van 16 September 1929 (Bijlage 662)
werd ten behoeve van de groote gezinnen met kleine en middel
matige inkomens bepaald, dat de prijs voor het oververbruik
met ingang van 1 Januari 1930 zou zijn:
voor de perceelen der le, 2e en 3e klasse (tot en met
f 400,huurwaarde) f 0,20 pei' m3;
voor die der 4e en 5e klasse (boven f 400,tot en met
f 600,huurwaarde) f 0,25 per m3.
Vóór die wijziging werd alleen aan de perceelen der le en
2e klasse (tot en met f 300,huurwaarde) reductie van f 0,30
op f 0,20 per m3 verleend. In verband met de stijging der
huurwaarden werd verder de grens voor de 66-m3-bepaling
voor de door meer dan één gezin bewoonde perceelen (artikel 5,
alinea 3) van f 600,gebracht op f 650,terwijl ten slotte
voor de grootverbruikers een nieuwe rabatregeling vastgesteld
werd. Deze laatste wijziging zal ingaan 1 Juli 1930.
I. BEHEER EN REGELINGEN.