30
22
Rekening van het Openbaar Slachthuis over 1929
„Slachthuis,
„Koelruimten
Ijsfabriek” f 3.925,08, tegen
Burgemeester en Wethouders hebben de eer omtrent de
rekening over 1929 het volgende op te merken.
De winst over het afgeloopen jaar heeft bedragen f 166.226,07,
terwijl geraamd was f 196.500,
Vergelijking van de baten en lasten met die over 1928 toont,
in afgeronde bedragen, de volgende verschillen aan.
Het totaal der baten bedraagt f 102.600,— of ruim 1 l'A’/o minder.
Deze teruggang is veroorzaakt door: verlaging der slacht- en
koeltarieven, achteruitgang van de slachtingen en den invoer
van vleesch, alsmede lagere huuropbrengst van vries- en koel
ruimten.
Het verbruik van bevroren vleesch is sterk afgenomen en
het bovenkoelhuis is voor een groot gedeelte ingericht moeten
worden voor het opslaan van versch vleesch, spek en vet,
waardoor slechts een kleine oppervlakte verhuurd kan worden
voor het bewaren van andere artikelen.
Minder brachten op: Art. I. „Opbrengst Slachthuis, inch
koelruimten versch vleesch” f 90.900,—, Art. II. „Opbrengst
Koelruimten diverse waren” f 10.700,en Art. IV. „Rente van
kasgeld” f 2.200,—, terwijl meer opbracht Art III. „Opbrengst
IJs” f 1.200,—.
Het totaal der lasten wijst f 24.400,of ruim 4% meer aan.
Dit verschil is ontstaan hoofdzakelijk doordat de onderhouds
kosten in 1928 laag en in 1929 hoog zijn geweest.
Meer vergden: Art. I. „Exploitatiekosten Slachthuis, incl
koelruimten versch vleesch” f 4.400,Art. IV. „Onderhouds
kosten” f 21.400,Art. V. „Algemeene onkosten” f 4.500,
en Art VII. „Afschrijving” f 1 500,terwijl minder vergden:
Art. II. „Exploitatiekosten Koelruimten diverse waren” f300,—,
Art. III. „Fabricatiekosten van het IJs” f800,—, Art. VI. „Renten”
f 1.300,en Art. VIII. „Onvoorzien” f 5.000,
De winsten der bedrijven hebben bedragen:
incl. koelruimten versch vleesch”, f 146.945,50,
diverse waren” f 15.355,49 en
resp. f 260.658,96, f 25.769,40 en f 6.853,04 in 1928.
VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS.