I L 30 voor één centrum ongeveer op 7000 te stellen. Het 2de tand- centrum omvat echter 13250 kinderen. Van centrum I zijn thans 5471 kinderen geregeld onder toe zicht geweest en van dezen hebben 4682 een goed gesaneerd gebit (met inbegrip van de gevulde tanden). Het aantal vullingen, in den kursus 1929 gelegd in blijvende tanden en kiezen, bedroeg 3113. In het 2de tandcentrum omvatten de werkzaamheden het onderzoek van de kinderen van alle eerste klassen en van alle tweede klassen der aangesloten scholen. Het onderzoek en de behandeling in de eerste klassen vond tweemaal plaats in den loop van 1929. Daartoe werden 4717 kinderen op de scholen onderzocht. Voor 1073 bleek behandeling noodig, die zich uitstrekte over 1840 tanden en kiezen, waarvoor 2389 vullingen noodig waren. Onder normale omstandigheden zullen in den loop van 1930 meer dan 2000 nieuwe leerlingen geplaatst worden in de eerste klassen van Centrum II, die in den loop van hun eerste leerjaar allen tweemaal zullen moeten worden onderzocht en, zoo noodig, behandeld. Voor het onderzoek van 4717 kinderen waren 41 morgens noodig, terwijl er aan de behandeling van 1740 zieke elementen 86 morgens moesten worden besteed. Dit betreft het werk van den tandarts in een half jaar. Als moeilijkheid komt hier nog het groote aantal overplaat singen bij, waardoor reeds behandelde kinderen afvallen en nog nimmer behandelde in de plaats komen, terwijl het getal van 7000 kinderen per centrum is aangenomen voor kinderen, die zonder uitzondering van de eerste klasse af in behandeling zijn geweest. Bij oudere kinderen zijn eventueele tanddefekten doorgaans die per ingevreten en is het aantal defekten per kind grooter, waar door de behandeling meer tijdroovend wordt. Halfjaarlijksche revisies zullen noodig blijven, omdat, bij lan ger tusschenpoos, de caries meer gelegenheid heeft om voort te woekeren en dit van grooten invloed is. Zonder het tempo van de voortschrijding van de tandcaries in cijfers te willen uitdrukken, schat de tandarts van het 1ste tandcentrum, dat, bij jaarlijksche revisies, de helft, bij halfjaarlijksche, een kwart van het aantal, nu als norm aangenomen, behandeld zou kunnen worden. Indien tusschen de revisies nog langere tijd verloopt, dan komt men tot toestanden, zooals ze geregeld in de Ziekenfonds praktijk zijn waar te nemen en waar het groote aantal elementen met zieke pulpa en caries profunda konserveerende behandeling onmogelijk maakt. 34 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1929 | | pagina 745