36
10
Gewone handels-
melk.
Samenstelling
der melk.
6208
5746
8
6
13
III. MEDEDEELINGEN OMTRENT DE BEVINDINGEN BIJ
HET ONDERZOEK VAN DE GEKEURDE WAREN.
Onderzocht zijn in het laboratorium 21238 monsters melk;
waarvan:
9161 monsters genomen bij melkverkoopers op straat;
aan huis;
levering aan melkverkoopers;
door slijters of veehouders ingezonden;
bakkers ingezonden;
genomen bij levering aan bakkers;
96 stal- of weidemonsters.
In tabel V is een overzicht gegeven van het aantal monsters
melk genomen bij melkverkoopers in elk der gemeenten tot het
keuringsgebied behoorende en daarnaast het gemiddeld vetge
halte dezer monsters. Het gemiddeld vetgehalte van alle monsters
melk getrokken van melkverkoopers in het geheele keurings
gebied bedroeg 3,12 (tegen 3,13 in 1928, 3,10 in 1927,
3,09 in 1926, 3,06 in 1925).
Aan 119 melkverkoopers is een waarschuwing gezonden
wegens het verkoopen van melk met een te laag gehalte aan vet.
De laatste maanden van het jaar werd herhaaldelijk melk
aangetroffen, geleverd door melkveehouders met een laag, vaak
te laag vetgehalte, terwijl bekend is, dat in de wintermaanden
het gemiddeld vetgehalte van melk vrij belangrijk hooger is dan
gedurende den zomer. De oorzaak moet naar mijn oordeel ge
zocht worden in de groote droogte van den afgeloopen zomer,
waardoor te weinig hooi is verkregen, zoodat de dieren gedurende
dezen winter, wat hun voeding betreft, onder ongunstiger om
standigheden verkeeren. Vooral de melk van de z.g. schillen
boeren, d.w.z. van veehouders, die hun dieren veel aardappel
schillen voeren, alsmede de melk van veehouders, die hun
beesten bijna uitsluitend aardappelen geven, kenmerkte zich
door een laag gehalte aan vet.
VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.