91 nisaties, op 10 Januari 1929 geleid de herdenking van het feit, dat op dien datum HM. een halve eeuw geleden in Nederland kwam. De dag werd ingewijd met muziek, welke van den toren van de Groote Kerk af door geluidversterkers werd uitgezonden en eveneens met muziek op het Voorhout, waar ook geluid versterkers waren geplaatst. Door een bijzondere Commissie zijn in den loop van den dag in de verschillende inrichtingen voor zieken feestgaven uitgereikt. In den namiddag is het Comité met een aantal afgevaardigden van de verschillende vereenigingen door H.M. de Koningin- Moeder ontvangen tot het aanbieden van den gouden gedenk penning en van het album, vermeldende de namen van de deelnemende vereenigingen. De voorzitter van het Comité, Mr. Dr. Ter Pelkwijk, bood namens het Comité de gelukw’enschen aan van de vereenigingen en de organisaties en overhandigde H.M. den gouden gedenk penning, gemaakt door de beeldhouweres G. W. J. Rueb. De eene zijde van de medaille toont den beeldenaar van H.M., aan de andere zijde staan de woorden: Koningin-Moeder-Regentes, met de jaartallen 18791929. In vier vakken, gevormd door gekruiste balken, wordt herinnerd aan de hooge karaktereigen schappen van de Vorstin door een myrthekrans, een madelief, een aster en een edelweiss, als symbolen van liefde, eenvoud, trouw en adel. Het geheel wordt samengevat door de konings kroon. Des avonds begaf zich de Koninklijke stoet in de gouden koets met groot gevolg naar de Groote Kerk. De weg was op een bijzondere wijze versierd en verlicht. Kerk en toren waren met behulp van schijnwerpers verlicht. Het inwendige van de kerk was met planten, groen en lauwerkransen versierd, terwijl ook voor een bijzondere verlichting was zorg gedragen. Een speciaal daarvoor samengesteld koor onder leiding van Dr. Joh. Wagenaar zong, gedeeltelijk a cappella, vier-, vijf-, zes- en achtstemmig o.m een aria van Handel, een koraal van Bach en een psalm van Sweelinck. Door trompetters, bazuin blazers en organist werden uitgevoerd eenige oud-Nederlandsche instrumentaalstukken uit de 17e eeuwen een koraalfantasie van Joh. Wagenaar. Mevrouw A. NoordewierReddingius zong liede ren uit Valerius’ Gedenckclanck en geestelijke liederen van Jan Luyken, muziek van B. van den Sigtenhorst. Het concert was door geluidversterkers om het kerkgebouw tot op verren afstand hoorbaar. Door de zorg van het Comité kon het concert verder gevolgd worden in de Nieuwe Kerk, de

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1929 | | pagina 96