45
4
ruimte ervoor alweer gevuld is. Er is nu een deel der oudere
tijdschriften naar ons dépot in de Kerkstraat overgebracht.
Dankbaar wordt gebruik gemaakt van het aanbod van den heer
J. A. Frederiks, die ons verheugde met ons een zeer belangrijke
boeken-collectie, betrekking hebbende op de grafische kunsten
in ruimen zin, ten geschenke te geven, deze verzameling voor-
loopig zelf nog te bewaren. Zij bevindt zich in een der vertrekken
van de Gevangenpoort.
Beschrüvings- Het in mijn verslag over 1929 in uitzicht gestelde gereed
werkzaamheden. komen van de nieuwe beschrijving der schilderijen bleek niet
mogelijk. De werkzaamheden, o.a. aan de prentverzameling,
namen zooveel tijd van dr. Knuttel in beslag, dat er niet zoo
geregeld aan kon worden doorgewerkt als aanvankelijk verwacht
was. Overigens geeft de geregelde voortgang der werkzaamheden
geen aanleiding tot opmerkingen.
Overige bemoei- Herhaaldelijk werd gelegenheid gegeven aan vereenigingen
ingen; tentoon- of inrichtingen van onderwijs tot bezoek onder leiding van een
stellingen. (jer conservatoren of van ondergeteekende.
In de zalen van het Tijd. Museum in de Zeestraat verleenden
wij gastvrijheid aan eene tentoonstelling van Roemeensche
kunst uit de laatste 50 jaren, in opdracht van de Roemeensche
Regeering met medewerking der Roemeensche Musea bijeenge
bracht. Daarna aan een door de Fa. Buffa georganiseerde ten
toonstelling van werken van A. Rodin, uitgezocht uit de collectie
van het Museum Rodin te Parijs. Ik kom op deze tentoonstelling
hierna nog terug.
In het Museum op den Vijverberg ruimden wij een der groote
bovenzalen uit, ten einde die voor periodieke tentoonstellingen,
van ons Prentenkabinet uitgaande, te kunnen gebruiken. Als
eerste hadden wij er een tentoonstelling van onze zeer belang
rijke aanw’inst aan teekeningen van R. Bresdin, waarmede wij
een overzicht van zijn graphisch werk en van dat van andere
Fransche geestverwante graphici (O. Redon, Hervier, Doré enz.)
combineerden. De verworven collectie Moulijn was aanleiding
om daarna een overzicht te geven van de vroege litho in Neder
land, later gevolgd door een tweede tentoonstelling van de litho
in Nederland 18801900.
Deze tweede tentoonstelling moest echter worden uitgesteld
om gelegenheid te hebben in drie achtereenvolgende exposities
een beeld te geven van de collectie van wijlen dr. Hofstede de
Groot.
In de eerste maand werden de teekeningen en schilderijen ge
toond door hem aan zijn vaderstad Groningen geschonken, in
de tweede alle Rem bran dtteekeningen door hem nagelaten, waar
onder 65 door hem geschonken aan het Rijks Prentenkabinet te
VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.
