45 15 eeuw is. Ook een der belangrijkste beeldhouwers van onzen tijd werd door een aankoop in onze collectie vertegenwoordigd, Georg Kolbe, wiens kleine brons „Knielend meisje”, een mooi staal is van ded kunst van dezen Duitsehen meester. Van zijn fijne, geestige en pittige landgenoote, ded dier-beeldhouwster Renée Sintenis werden twee kleinplastieken verworven „Lig gend veulen” en „Bok”. De oudere vaderlandsche beeldhouw kunst werd wezenlijk verrijkt door de „Visschersvrouw met kind” van Charles van Wyck, een der gevoeligste en aantrek kelijkste werken van dezen kunstenaar. Voegt men daarbij de reeds genoemde geschenken van de Roemeensche Regeering en van Mevr. Leembruggenvon Lieben, dan is de eenigszins achterlijke plastiek-afdeeling dit jaar wel zeer vooruitgegaan. Naar ik hoop zullen wij binnenkort ook op belangrijke aan winsten uit de hedendaagsche Hollandsche beeldhouwkunst kunnen wijzen. Van de aanwinsten op het gebied der schilder- en toeken kunst noem ik in de eerste plaats den aankoop, mogelijk gewor den door een bijdrage uit het Fonds, van het belangrijke vroege werk van den Belgischen meester Joh. Stobbaerts: de koeien, die in den vroegen morgen, uit den stal worden gedreven. Bij dezen koop werd een fijn schilderijtje van Hendrik Leys gevoegd, een studie voor het schilderij in het Museum te Brussel: de ingang van de synagoge te Praag. Hierdoor werd een begin gemaakt met het aanvullen van een zeer te betreuren lacune in onze ver zameling, die eigenlijk geen werk der belangrijke Belgische schil ders van de 2de helft der 19de eeuw heeft. Van bijzondere waarde was de koop van een map met 19 aquarellen en teekeningen van J. B. Jongkind. Deze map was afkomstig uit de verzameling van Mr. Verschoor en indertijd gekocht van de Fa. Goupil Co., die haar collectie had van den schilder Murkens, een ouden kameraad van Jongkind, die ze hem geschonken had. Hoewel niet alle bladen van gelijke waarde en enkele zeer schetsmatig zijn, is deze collectie toch uiterst be langrijk en bevat zij een aantal aquarellen van de beste qualiteit van dezen meester, in onderling zeer verschillende opvatting. Zij werden, op tw'ee minder belangrijke bladen na, ingelijst en zullen zoodoende in het nieuwe Museum een afzonderlijke wand kunnen vormen. Verder werden aangekocht: Pieter Barbiers „Landsehap”, J. W. Bilders „Sneeuwgezicht”, Jos. H. Gosschalk „Ponte Vec chio” (teekening), H. J. Haverman „Dame op rustbank” en drie teekeningen, Edz. Koning „Huisje op de heide” (aquarel), Adr. de Lelie „Damesportret”, Hart Nibbrig „Limburgsch landsehap”, D. Oyens „Portret van P. Oyens” (aquarel), Geo Poggenbeek VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1930 | | pagina 1160