14 3 1930 f 1.023,75 948,10 903,40 1.121,60 988,75 hulp van verschillende instanties wel niet afdoend geholpen kunnen worden. Door de slechte materieele omstandigheden der ouders moeten deze jongens vaak hun aanleg ten spijt zoo spoedig mogelijk iets gaan verdienen. Zij moeten als loop jongen enz. bij een patroon in dienst, om dan op ouderen leeftijd het getal der niet-vakarbeiders en dikwijls armlas tigen te vergrooten. In deze jongens leeft een onberedeneerd verzet, zich uitend in overmoed, baldadigheid enz. Het is een groot maatschappelijk belang om te hunnen opzichte positieve regelingen te treffen. Deze aangelegenheid had de bijzondere aandacht van den Directeur. De inning der bijdrage leverde bij dat gedeelte der bewoners, Inning der dat in de Werkverschaffing werkte, geen moeite op. Integendeel, bijdrage, zelfs bijdrage-schulden van meer dan f 100,»werden geleidelijk betaald. Bij de overige bewoners ging de inning minder gemakkelijk. Velen van hen toch hadden slechts gedurende enkele dagen per week wat inkomsten of werden door Maatschappelijk Hulpbe toon gesteund. Het is begrijpelijk, dat in de meestal groote ge zinnen dit inkomen direct noodig was voor de voorziening van eerste levensbehoeften. Anderzijds blijft het onmogelijk bewoners zonder betaling in de woningen te huisvesten, zoodat krachtig werd aangedrongen op het tijdig betalen van de bijdrage. De schuld, inclusief glaspremie, op 31 December 1930 groot f 988,75, moet dan ook uitsluitend worden toegeschreven aan onmacht, niet aan onwil tot betalen. Deze schuld bedroeg op: 1 Januari 1 April 1 Juli 1 October 31 December Ten gevolge van vertrek met schuld moest een bedrag van f 334,55 worden af geschreven (vorig jaar f 456,85). Het verlies ten gevolge van leegstaan bedroeg dit jaar f 4.684,25 (vorig jaar f 6.626,15). Uit het volgend overzicht blijkt het verloop der huurinning in 1930 in vergelijking met eenige voorafgaande jaren. VERSLAG DER STICHTING CONTRÖLEWONINGEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1930 | | pagina 356