19
6
zweminrich
tingen.
Oprichting In den loop van het verslagjaar ontving het Bestuur van
nieuwe bad- en Burgemeester en Wethouders het verzoek advies uit te brengen
over verschillende door hen ontvangen adressen, om in het tekort
aan bad- en zweminrichtingen te voorzien.
De adressen werden in de bestuursvergadering van 28 Augus
tus 1930 ter bestudeering in handen gesteld van een commissie
ad hoe, bestaande uit de bestuursleden Mr. Josephus Jitta, voor
zitter, Mr. Cost Budde, secretaris, Blokpoel, van Boven, van
Langen en Mevr. Ruysch-Douwes Dekker, alsmede den inspec
teur van Ameyde.
De door deze Commissie uitgebrachte rapporten, waarvan een
tweetal bijlagen, t.w. grafische voorstellingen van de toeneming
van het aantal zwem- en zeebaden in de laatste 25 jaren in dit
verslag zijn afgedrukt, werden in de bestuursvergadering van
21 November 1930 behandeld.
Naar aanleiding van de uitgebraehte adviezen hadden Burge
meester en Wethouders bij het einde van het verslagjaar nog
geen beslissing genomen.
VERSLAG VAN DE STICHTING „CENTRAAL BADBEHEER”.