47
voor rekening der Gemeente
voor eigen rekening
voor rekening van het Rijk
voor rekening van andere gemeenten
voorloopig voor rekening v. d. Gemeente
1
2
18
8
3
2
4
9
3
Gedurende het jaar 1930 werden 16 mannen en 61 vrouwen,
totaal 77 personen, voor rekening der Gemeente opgenomen.
schreven waren. Op het spreekuur van den neus-, keel- en oorarts
werden 930 consulten gegeven; door den oogarts werden 181 en
door den tandarts 271 personen behandeld. Het aantal consulten
bij den vrouwenarts bedroeg 26.
Gesticht „St. Joannes de Deo”. In 1930 werden 6 chronische
patiënten in het gesticht opgenomen met een totaal van 1825
verpleegdagen; een van deze patiënten is gedurende het jaar
overleden. In eigen woning werden 121 zieken met 1670 nacht
waken en 46 verpleegdagen verzorgd. Het aantal broederverple-
gers bedroeg 8, dat der assistent-verplegers 2.
V ereeniging „Geref. Ziekenverpleging”In 1930 werden 101
kinderen verpleegd met een totaal van 10 840 verpleegdagen. Het
aantal aangesloten zusters bedroeg op 31 December 92, dat der
kraamverzorgsters 15. In de wijk werden 9 236 bezoeken gebracht,
waarvan 3184 aan particulieren, 4 298 aan stadspatiënten en 1754
voor de diaconieën. Op de polikliniek van den stadsgeneesheer
werd 17 461 maal hulp verleend, op die voor zuigelingen 4 351
maal; 1309 maal werd eerste hulp bij ongelukken en 2 387 maal
nabehandeling bij fondspatiënten verleend. Aan versterkende
middelen werden o.m. 3 752 ons vleesch, 22125’/2 L. melk en 8 282
eieren verstrekt.
Krankzinnigengesticht „Oud-Rosenburg”Op 31 December 1930 Krankzinnigen
waren behalve de geneesheer-directeur 4 geneesheeren aan het gestichten.
Gesticht en de daaraan verbonden Ramaer-Kliniek werkzaam.
Het verplegend personeel bestond uit 47 verplegers en 155 ver
pleegsters, het personeel van den huisdienst en den technischen
dienst uit 52 mannen en 30 vrouwen. Op 1 Januari 1931 waren in
het Gesticht aanwezig 469 patiënten (185 mannen en 284
vrouwen); 13 patiënten waren met verlof. Het aantal verpleeg
dagen in 1930 bedroeg 166 775. In de Ramaer-Kliniek waren op
1 Januari 1931 aanwezig 104 patiënten (53 mannen en 51
vrouwen)het aantal verpleegdagen in 1930 bedroeg 37 524.
Ingevolge art. 14 der Wet van 27 April 1884 (Stbl. No. 96) zijn
gedurende 1930 in bewaring gesteld 20 mannen en 15 vrouwen,
totaal 35 personen.
Van deze in bewaring gestelde personen werden opgenomen:
9
5
3
1
2
Totaal.
Vrouwen.
Mannen.