26
5
3.219.410 m3,
in
1922
1923
1924
1925
69.892.640 m3
66.673.230
7,77
8.31
5,34
8,47
4,83
1926
1927
1928
1929
1930
In 1930 dus meer
dus een toename van 4,83
De vermeerdering der gasproductie in de laatste 10 jaren was:
in 1921 4,47
3,60
0,42
3,69
2,76
De vermeerdering der gasproductie over 1930 in vergelijking
met 1916 bedraagt 8,842
De grootste gasproductie per etmaal was op 5 December 1930,
nl. 250.610 m3, waarvan 147.500 m3 koolgas en 103.110 m3 cokesgas.
Dien dag waren in werking 24 ovens met 96 kamers, benevens
twee cokesgastoestellen.
De kleinste gasproductie was die op 9 Juni 1930, nl. 140.130 m3.
Op dien dag werd geen cokesgas gemaakt.
In werking waren toen 24 ovens met 78 kamers.
In dit jaar werden voor distillatie gebruikt: 120.989 ton Gasproductie,
steenkolen.
Voortgebracht zijn 52.340.690 m3 koolgas of per 1000 kg kolen
432,6 in3.
Voor de fabrikatie van gecarbureerd cokesgas werd ver
bruikt: 4.051.275 liters gasolie voor carburatie, 198.545 hl cokes
voor de generatoren.
Voortgebracht zijn 17.551.950 m3 cokesgas; per 1000 m3 cokes
gas werd verbruikt 230,8 liters gasolie en 11,31 hl cokes voor de
generatoren.
Het gemiddeld specifiek gewicht van het cokesgas was 0,628,
het koolzuurgehalte 5,8
25,11 van de geheele gasproductie was cokesgas.
In het geheel zijn voortgebracht 69.892.640 m3 gemengd gas.
Wanneer de dagelijks verkregen hoeveelheden gas worden her
leid tot een temperatuur van 60 gr. F. en een barometerstand
van 760 mm, dan zijn voortgebracht 69.884.980 m3 gas.
Voor de resultaten van het onderzoek naar het specifiek
gewicht en calorisch vermogen van het gas wordt verwezen naar
bijlage No. I.
In dit jaar werd gemaakt
Vorig jaar
VERSLAG GEMEENTELIJK GASBEDRIJF.
3
99
99
99