26
7
HOOFDSTUK VU.
- 6 I
100 kg kolen leverden na aftrek van hetgeen voor eigen ge
bruik noodig was 0,601 hl cokes I en II, 0,211 hl cokes III en
0,101 hl ziftsel.
PARTICULIER GASVERBRUIK.
Het aantal gasverbruikers bedroeg:
68,96 m3
71,88 in 1929.
Aantal gasver
bruikers.
Bovendien zijn nog in gebruik 177 z.g. tusschemneters niet
1263 meterlichten.
In het aantal verbruikers is één met eigen meter begrepen.
Het gemiddeld aantal lichten (meter en abonnement) per
verbruiker bedroeg op 31 December 1930: 8,73 tegen 8,30 op
31 December 1929.
Gasverbruik van particulieren en Gemeente, over gewone en Gasverbruik,
penningmeters bij abonnement en voor illuminatiën
I
Het aantal inwoners der Gemeente zonder voormalig Loos-
duinen is in 1930 gestegen van 422.488 tot 432.595. De vermeer
dering was dus 10.107 of 2,39 Op 31 December 1929 telde men
1 gasverbruiker op 4,02 inwoners, op 31 December 1930 1 op 4,01
inwoners.
Het verbruik van particulieren en Gemeentegebouwen, om
geslagen over het gemiddeld aantal gasverbruikers en lichten,
bedroeg in 1930 gemiddeld:
587,57 m3
tegen 579,90
VERSLAG GEMEENTELIJK GASBEDRIJF.
DATUM.
TOTAAL.
2.889
3
Verschil
Jaar.
Particulieren.
Gemeente.
Totaal.
TJ
Verschil
61.735.969 m3.
59.146.422
In 1930
1929
Over abonnements-
lantaarns.
Aantal
abonn.
Aantal
i lichten.
224
232
49.031 m3,
5,51
107.815
104.920
Per meterlieht:
942.295
872.065
Aantal
lichten.
4- 2.540.516 m3.
4,23 O/o
62.577.494 m3.
60.036.978
Waaronder voor
eigen gebruik.
48
45 I
Aantal
lichten.
Aantal
meters.
2.697
2.564
841.525 m3.
890.556
133
139
Aantal
meters.
70.230
8,05 0/o
133
Over gewone en
penningmeters.
31 Dec. 1930 107.948
31 1929 I 105.059
2.589.547 m3.
4,38
Per gasverbruiker:
8 4- 2.895
2,76 «/o