9 van geestes- en zielszieken. De onderbrenging van geestes- en zielszieken geschiedt in de Onderbrenging Ramaer-kliniek, dan wel, indien dit wordt gewenscht en voor zoover plaats beschikbaar, in de St. Jacobusstichting te Wasse naar, benevens in de Kliniek Oekenburgh, kunnende daardoor in verreweg de meeste gevallen het bevelschrift van den Burge meester worden ontgaan. De noodzakelijkheid van plaatsing wordt door den direkteur van den Dienst beoordeeld. In 1930 zijn in de Ramaer-kliniek 440, in de St. Jacobusstich- ting 45 en in de Kliniek Oekenburgh 3 patiënten opgenomen, w.o. 133 recidiven en van wie 41 van uit het Gem. Ziekenhuis, terwijl in 35 gevallen geen voldoende termen voor opname aan wezig waren en voor 10 gevallen opname in het Gem. Ziekenhuis werd noodig geacht. Alsnog zijn 38 gevallen overgebracht naar een gesticht, zijnde dit de gevallen, waarin een bevelschrift niet kon worden vermeden. Behalve deze spoedshalve voorgedragen gevallen zijn op ver zoek van afd. Alg. Zaken der Gem. Sekretarie nog 40 gevallen onderzocht. Hiervan kon in 26 gevallen het advies gunstig luiden, terwijl in 14 gevallen daartoe geen voldoende vrijheid was te vinden. Kindersanatorium „Huis ter Drift” te Doorn, benevens het Amsterdamsche Kindersanatorium te Hoog-Blaricum, en „Maria Auxiliatrix” te Venlo, eveneens voor kinderen bestemd. Het toezicht op den duur der verpleging van lijders geheel of Toezicht op den gedeeltelijk voor rekening der Gemeente is beperkt tot de ver- verpleegduur. pleegden in de partikuliere inrichtingen, waarmee door de Ge meente overeenkomsten zijn gesloten. Bespreking met de zieken- huisgeneesheeren vindt niet meer plaats dan nadat en voor zoover het verblijf ter plaatse drie maanden geduurd heeft; ten ware na de aanvankelijke beslissing voor een kontakt eerder aanleiding bestaat, b.v. waar de opname slechts observatiestel- ling ten doel heeft, in welk geval natuurlijk de bezoekdatum naar den eisch wordt vervroegd. Hierdoor wordt voorkomen, dat aan de voor het geven van inlichtingen aangewezen personen alsook aan de administraties der instellingen meer last wordt bezorgd dan praktisch genomen noodig is. Voor het toezicht op den verpleegduur in de inrichtingen buiten de Gemeente, in het bijzonder in de sanatoria, wordt met een centrale kontróle volstaan. Deze geschiedt op den voet van door de direkties bij de maandelijksche nota’s verstrekte ge gevens. Daarenboven worden al deze inrichtingen van tijd tot tijd door den direkteur bezocht. VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST. 34

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1930 | | pagina 738