85
1930 6 ledenvergaderingen. O.m. werden voordrachten gehouden
over: de radio als onderdeel van het staatsbedrijf der P. T. T.;
de nieuwste organisatievormen van handel en industrie; ont
staan en werking van het moderne dagblad; de positie van
Nederland in de wereld; beurswezen en belegging.
Voor de visscherij wordt verwezen naar bladz. 36 van het Visscherij.
verslag van den Gemeentelijken Dienst van Haven- en Markt
wezen (bijlage 31) en 8 van het verslag der Kamer van Koop
handel en Fabrieken.
Aan mededeelingen van den Waterschout is het volgende
omtrent de aanmonstering van scheepsvolk ontleend.
Voor de trawlvisscherij werden 632 zeelieden aangemonsterd
en voor de haringvisscherij 1 240 man, waarvan 1 859 te Sche-
veningen en 13 elders woonachtig waren. Er werden geen sche
pelingen vervolgd wegens desertie; evenmin werd toepassing
gevraagd van art. 402 van het Wetboek van Koophandel, om
onwillige schepelingen tot den verhuurden dienst te verplichten.
Aangifte van overtredingen met betrekking tot de Noordzee-
conventie werd niet gedaan.
Voor zoover de Scheveningsche zeevisschersvaartuigen aan
gaat, kwamen ongelukken op zee niet voor.
754 consenten tot een bedrag van f 377,werden uitgereikt
voor de uitoefening van de kustvisscherij. Deze gelden werden
in ’s Rijks kas gestort.
Ten gevolge van het ongemonsterd uitgaan ter zeevisscherij
van verscheidene schepen is niet met juistheid op te geven,
met hoeveel bemanning het zeevisschersbedrijf in 1930 werd
uitgeoefend, terwijl daardoor ook geen voldoende controle kon
worden gehouden op het naar zee gaan van minderjarigen,
bedoeld bij de Arbeidswet, noch op jeugdige schepelingen, die
niet voldeden aan de Leerplichtwet.
Voor den stand der arbeidsmarkt wordt verwezen naar de Arbeidsmarkt,
verslagen van de Gemeentelijke Arbeidsbeurs (bijlage 49) en
van de Werkloosheidsverzekering (bijlage 50).
Bij den Nieuwen Haagschen Bestuurdersbond waren op 31 Vakeentralen.
December 1930 27 organisaties met in totaal 18 873 leden aange
sloten. Meer dan 500 leden telden de organisaties van: trans
portarbeiders (2 500), metaalbewerkers (2 078), spoor- en tram
wegpersoneel (1 666), bouwarbeiders (1853), ambtenaren (1 333),
handels- en kantoorbedienden (1 508), meubelmakers, behangers
en aanverwante vakgenooten (1203), werklieden in overheids
dienst (1227), schilders (922), typografen (908), arbeiders in het
bakkers-, chocolade- en suikerbewerkingsbedrijf (940) en fa
brieksarbeiders (602).
Het Bureau voor Arbeidsrecht behandelde 726 zaken en
verstrekte 1 377 adviezen.