46
7
den schilder A. L- Koster werden door de erfgenamen van den
bekenden kunstnijvere Colenbrander vijf teekeningen van diens
hand en een aantal schetsen en ontwerpen geschonken. Deze
uiterst doorwerkte penteekeningen vormen een reeks met be
trekking tot het Rijnlandshuis te Leiden, in een grillige afwis
seling van exacte weergave van interieurs en fantastische,
veelal symboliseerende ornamentiek. Ten slotte schonk de heer
C. L. J. Damme een aquarel, voorstellende een Ouden Jood, van
den bekenden Engelsehen teekenaar Dudley Hardey.
Ook door aankoop werd het Museum niet onbelangrijk ver- Aankoopen.
rijkt. Vooreerst met een zeer vroeg Panorama-landschap van
J. H. Weissenbruch, in 1847 geschilderd.
Zeer welkom was de aankoop van een zorgvuldige, groote
jeugdteekening van Matthijs Maris, een naaiend meisje, die
gekocht kon worden op de veiling van de nalatenschap van Dr.
C. Hofstede de Groot te Leipzig. Nog werden aangekocht een
romantisch „Oud Stadje” van S. L. Verveer, in de typische
„chique” manier van 1850, een „Riviergezicht bij Maanlicht” van
J. Th. Abels en een bijzonder fraaie miniatuurfijne „Antiquair”
van Tony Offermans.
Ook twee werken van moderne schilders konden verworven
worden nl. het portret van den essayist Dirk Coster, een der
beste schilderijen van Toon Kelder en een fraai bloemstuk van
Leo Gestel uit 1912.
In bruikleen werden ontvangen: van den heer Scher jon te Bruikleen.
Amsterdam een schilderij „Op de Markt” van B. van der Leek,
van Mevrouw de Wed. Dr. Selhorst een „Vrouwtje op het duin”
van Jozef Israëls, een „Landschap met Molen” van P. J. C.
Gabriël en een „Karnster”, een der fraaiste werken van Alb.
Neuhuys.
Zeer welkom was een groote symbolische teekening van
Toorop uit 1892, de Sphinx, door den heer H. van Warmelo voor
eenige jaren in bruikleen afgestaan. De heer Kerdijk stelde
een merkwaardig schilderij van David Bles ter beschikking, nl.
een familiegroep, voorstellende den heer Enthoven, den stichter
van de Pletterij met zijn zoon en schoondochter en hunne drie
kinderen, in een vertrek van het woonhuis van den heer Ent
hoven op het terrein van de fabriek, ged. 1855.
Een tweede bruikleen van den heer Kerdijk was het portret
van Mevrouw Kerdijk geb. Enthoven, de moeder van den bruik
leengever als kind op het vorige schilderij weergegeven, van de
hand van Jozef Israëls. Ten slotte stelde Mevr. Verkadevan
Gelder een viertal werken van haar zwager Jac. van Looy ter
beschikking, benevens een stilleven met doode eend, een vroeg-
VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.