46 8 werk van Voerman, een groote teekening van J. Vlaanderen en drie teekeningen van Toorop. De schilderijen van van Looy (Lelies, Oost-Indische kers, Theater en Slapende jongen) vonden een plaats op de reeds genoemde Nieuwjaarstentoonstelling. V. OUDE KUNSTNIJVERHEID. In aansluiting aan eene toezegging van eenige zgn. Com- pagnie-meubels voor een in het nieuwe Museum in te richten Koloniale Kamer zijn door Mr. Gallois een bank en twee stoelen geschonken van ebbenhout met fraai uit gesneden bloemorna ment, uit het einde der 17de of uit het begin der 18de eeuw dateerend. Twee fraaie stoelen van dit type zijn ons door wijlen Jonkvr. M. baronesse van Hogendorp vermaakt. Een Haagsch porseleinen ontbijtservies je, dat wij reeds lang als bruikleen hadden tentoongesteld en dat in den catalogus van Haagsch porselein (blz. 38) door mij is beschreven en afge- beeld, mocht door aankoop in het bezit van het Museum overgaan. Uit den kunsthandel is aangekocht een 1725 gedateerd drink glas met ingeslepen versiering van een heerenhuis met ingangs- hek waarin twee wapens, die helaas niet gedetermineerd konden worden. Een belangrijke uitbreiding van onze collectie glas werd verkregen door de aankoopen, welke wij, dank zij den steun van het Fonds konden doen op de veiling van de bekende Haagsche glasverzameling van wijlen Jhr. Mr. Snouck Hurgronje. Deze aankoop omvatte een 26-tal glazen, waaronder een aantal ge graveerde (zie het laatst verschenen nummer onzer Mededee- lingen), voorts eenige zeer fraaie stalen van Italiaansche en Hollandsche glaskunst. Op het gebied van islamische kunstnijverheid mag 1931 een gelukkig jaar genoemd worden. Een Perzische aardewerk kom met decor van figuren in een tuin in goudluster, donker- en pauwblauw, bleek bij onderzoek door Dr. Kramers te Leiden gedateerd te zijn (610 Heg.1213 A. D.). Een witte kom met een geometrisch ornament, hetwelk aan dat van de stuc bekleeding van Samarra verwant is en met een roomkleurige glazuur is bedekt, kan in de 10e of 11e eeuw gedateerd worden. Deze twee stukken benevens een klein vaasje van doorschijnend turkoois blauw glas en twee stukken ceramiek uit oud bezit werden op verzoek van de commissie van voorbereiding naar de Perzische tentoonstelling, die in het begin van het verslagjaar in Londen gehouden werd, ingezonden. VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1931 | | pagina 1130