11
8
gedood met negatief sectiebeeld, 1 nuchter kalf met pneumonie
en nephritis en 2 nuchtere kalveren met sterke lever- en milt-
zwelling.
Colibacteriën werden 7 maal gevonden en wel bij 1 paard met
pneumonie, 4 nuchtere kalveren met polyarthritis en 2 nuchtere
kalveren met enteritis.
Vlekziektebacteriën kwamen voor bij 43 varkens met ver
schijnselen van vlekziekte of urticaria. In 1 geval betrof het de
bekende endocarditis valvoralis.
Micrococcen werden 8 maal geconstateerd en wel bij 1 rund
met purulente endometritis, endocarditis en nephritis, 1 rund
met septische metritis, 1 veulen met polyarthritis, 1 nuchter
kalf met polyarthritis, 1 nuchter kalf met haemorrhagisch ont
stoken lymphklieren, 1 varken met pneumonie, 1 varken met
wondinfectie en als nevenbevinding bij 1 varken met vlekziekte.
Behalve in de beide laatste gevallen kwamen deze micrococcen
steeds voor in den vorm van diplococcen.
Bac. pyogenes werd 1 maal gevonden en wel bij een rund, dat
geleden had aan mastitis.
Abortusbacil van Bang werd 1 maal vastgesteld bij een rund
met endometritis.
Proteusbacteriën werden 1 maal gevonden bij een varken met
uitgebreide abcedeering in de lendenstreek.
Saprophyten konden in 11 gevallen vastgesteld worden en
wel bij 1 uit nood geslacht sterk vermagerd rund met darma-
tonie, 1 rund met enteritis, 1 paard met gangraeneuze pneumo
nie, 1 paard met enteritis, 1 paard uit nood geslacht wegens
windkoliek en daarna langen tijd gesloten gelegen, 1 paard met
darmvalvulus, 1 vet kalf met perforatief peritonitis, 1 varken
met enteritis, 1 tijdens het transport door verstikking gestorven
varken, 1 schaap met peritonitis en 1 graskalf met uitgebreide
tongdiphtherie.
Niettegenstaande negatieve bevinding moest om andere
redenen toch tot afkeuring worden overgegaan bij 6 runderen,
6 paarden en 2 varkens, terwijl sterilisatie moest plaats hebben
bij 4 runderen en 11 varkens. In de 43 gevallen van positieve
bevinding bij vlekziekte kon het vleesch na sterilisatie in con
sumptie gegeven worden.
Verder werden nog 7 partijtjes vleesch of vleeschwaren, aan
gebracht met de mededeeling, dat er een vermoeden bestond van
ondeugdelijkheid of dat er aanleiding was te denken, dat ziekte
bij consumenten er door zou zijn veroorzaakt. Vijf maal was de
bevinding bij bacteriologisch onderzoek negatief. In één geval
werden coccen gevonden (verontreiniging) en in één geval
VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS.