15 8 Plantengroei. plaatsen takken af en werden verschillende hoornen min of meer beschadigd. De uit een en ander voortvloeiende kosten bedroegen voor het afgeloopen jaar f 617,38; zonder extra-cre- dietverleening kon genoemd bedrag worden bestreden uit de voor de gewone onderhoudswerken beschikbare gelden. Gedurende den winter van 1930/1931 vroor het alleen om streeks het midden van Maart; de vorst ging gepaard met eenigen sneeuwval. Ernstige vorstschade kwam niet voor. De lente en de voorzomer waren bijzonder koud en vochtig. Het gras ontwikkelde zich overvloedig, zoodat het maaien en afvoeren meer dan normale bezwaren opleverde. De houtgewas sen maakten een normaal gewas, terwijl de bloembeplanting te lijden had. Ook de zomermaanden kenmerkten zich door overvloedige regens. De maanden September en October waren droog, waar door de herfstbloei overweldigend was. Einde October bracht betrekkelijk zware vorst, waardoor de bloei vernietigd werd en zelfs jonge houtgewassen op de kweekerijen ernstig geleden hebben. November en December waren onnatuurlijk zacht en droog. Met den aanleg van het Zuiderpark werden goede vorde ringen gemaakt. Door den natten zomer liet het aangroeien der verplante gewassen niets te wenschen over. In de Westduinen werd voortgang gemaakt met het ver werken van stadsvuil en het bebosschen. De groei was weder zeer gunstig. Ernstige schade door den bastaard-satijnvlinder bleef achter wege. Het vochtige weer zal daarop een invloed ten goede gehad hebben. De iepziekte eischte weder vele slachtoffers. De bestrijding vorderde niet noemenswaard. Ernstig zieke boomen worden zoo snel mogelijk gerooid. Uit een zeer uitgebreide verzameling van diverse vormen en soorten van iepen werden in opdracht van Prof. Joha Westerdijk door Dr. Chr. Buisman weder de meest immune soorten gezocht, met het doel om daarvan aan te kweeken. VERSLAG GEMEENTEPLANTSOENEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1931 | | pagina 351