28 4 f Kustvisscherjj. Januari Februari Maart April Mei Juni Juli December f 945,76 796,97 636,51 491,44 514,52 682,98 883,31 544,76 9.457,61 102.011,92 100.569,36 10 55 56 56 54 47 9 6 De gemiddelde besomming was: 10 128 158 165 165 101 12 81.087,09 84.895,91 68.980,81 10.599,78 3.813,33 Gedurende het tijdvak Augustus tot en met November zijn geen Seheveningsehe motorloggers in de trawlvaart gegaan. Na het beëindigen der haringvisseherij vertrokken vóór ultimo December nog 23 motorloggers ter trawlvisscherij. 13 Seheveningsehe motorloggers deden hun reizen uitsluitend op de Seheveningsehe haven en 1 uitsluitend op IJmuiden. De kustvisscherij werd uitgeoefend door motor- en zeil- schokkers, garnalenbooten en vletten, terwijl evenals in voor gaande jaren kustvaartuigen uit andere plaatsen, voornamelijk uit Urk, hier hun visch aanbrachten. De besommingen van de zeilschokkers, waarvan het aantal te Scheveningen op het einde van het verslagjaar nog slechts 2 bedroeg, zijn gering geweest. Ook de besommingen van de motorschokkers voldeden, niettegenstaande een grooter aantal reizen dan het vorige jaar, niet aan de verwachtingen; in hoofd zaak is dit te wijten aan de lage vischprijzen. Haringvisseherij. De uitkomsten der haringvisseherij kunnen ongunstig wor den genoemd. Hoewel door de reeders was overeengekomen, dat geen vaar tuigen vóór 1 Juni ter haringvisseherij zouden worden uitge zonden met de geheele vleet, doch hoogstens met 40 netten, was toch de vangst van dien aard, dat spoedig groote hoeveelheden haring werden aangevoerd; als gevolg van weinig afzetgebied verminderden de prijzen in die mate, dat de reederij verplicht was een prijs voor de haring vast te stellen, waaronder niet mocht worden verkocht. Ten einde de aanvoer van haring nog te verminderen werd tevens door de reeders besloten, dat alle vaartuigen omstreeks 4 December de haringvisseherij zouden beëindigen, waaraan door alle reederijen gevolg is gegeven. Van de 134 vaartuigen hebben 125 motorloggers gedurende korteren of langeren tijd aan de haringvisseherij deelgenomen. Deze vaartuigen maakten 781 reizen, waarvan 773 op deze haven VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN. Maand. Gemiddeld per reis. Besomming. Vaar tuigen. Gemiddeld per schip, f 945,76 1.854,76 1.795,88 1.447,98 1.572,15 1.467,68 1.177,75 635,55 Reizen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1931 | | pagina 666