I 32 2 iï zegde credieten konden echter eerst in het volgende jaar gesloten worden. In het genoemde totaal is een bedrag van f 720.000,' begrepen voor een door het Rijkshypothekenfonds verstrekt crediet, dat vermoedelijk niet ten volle zal worden opgenomen. Het totaal der uitstaande hypotheken bedroeg op 31 December rond f 22.324.000.—. Aan aflossingen waaronder eenige belangrijke bedragen wegens vervroegde aflossing werd in het geheel f 4.496.400, ontvangen. In weerwil van den flinken omzet liep hierdoor het totaal nog f 428.000,achteruit. De betaling van rente en aflossing verliep, ondanks de on gunstige tijdsomstandigheden, zeer bevredigend. Het aantal dergenen, die vóór den vervaldag betaalden, nam zelfs aanmer kelijk toe. De op de balansen voorkomende bedragen wegens nog te vorderen rente en aflossing betreffen uitsluitend schulde naren, die indertijd in moeilijkheden zijn geraakt en met wie eene bijzondere betalingsregeling getroffen is, welke zich over eenige jaren uitstrekt. Tot executie van onderpand van de Hypotheekbank behoefde slechts eenmaal te worden overgegaan en wel wegens wanbe taling; verlies werd hierbij niet geleden. Een der onderpanden van het Noodhypothekenfonds moest geëxecuteerd worden wegens inbeslagneming; het Fonds leed hierbij een verlies van rond f 4.000,Bij het Rijkshypothekenfonds kwamen vier exe cuties voor: één wegens faillissement van den schuldenaar, waarbij de vordering van het Fonds ruim gedekt bleek; één wegens inbeslagneming van het onderpand, waarbij f 2.600, verlies geleden werd; terwijl van twee posten de onderpanden met medewerking van de schuldenaren ondershands werden verkocht, waarbij het verlies voor het Fonds f 96.800,bedroeg. De hypotheekrente bedroeg bij den aanvang van het jaar voor posten van de Hypotheekbank 5 en voor die van het Rijkshypothekenfonds 4% met 1 sluitingsprovisie. In Mei konden de rentepercentages verlaagd worden tot 4% en 416 In verband met de in September ingetreden financieele crisis moest voor posten van de Hypotheekbank begin October ver- hooging volgen tot 5% en niet lang daarna tot 5% Bij het Rijkshypothekenfonds werden, zooals gezegd, toen geen aan vragen voor nieuwe posten aangenomen. De afwikkeling van de bouwcredieten verliep ook dit jaar geheel naar wensch. De in 1929 aahgevangen aanleg van het stratenplan „Oost- broek”, voor de kosten waarvan aan de betrokken bouwgrond- maatschappij uit het Rijkshypothekenfonds een crediet was toe- VERSLAG GEMEENTELIJKE HYPOTHEEKBANK.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1931 | | pagina 745