12
25
29 November daarvan aan
Onbewoonbaar verklaring.
Bij besluit van 13 Mei 1930 schreven Burgemeester en Wet
houders den eigenaar van een perceel in de Copernicusstraat
aan om een tweetal schoorsteenen, die aanleiding tot hinderlijke
rookverspreiding gaven, tot 1 M. boven het dak op te trekken
of de schoorsteenen door metselwerk af te stoppen. Hieraan
werd geen gevolg gegeven. In het eind van 1932 zijn echter de
kolenkachels in het perceel door gaskachels vervangen. Daar
dientengevolge geen hinder aan de omwonenden meer werd ver
oorzaakt, is op uitvoering der aanschrijving niet meer aange
drongen.
De besluiten van den Gemeenteraad van 2 November 1931,
waarbij onbewoonbaar verklaard werden de woningen Korten-
bosch 59 t/m 67, Prinsegracht 150 t'm 164, Korte Vleerstraat 13,
Lage Zand 1, Ooststraat 93 t/m 99 en Kerklaan 48 en 50, hebben
Gedeputeerde Staten bij beschikking van 22 Februari gehand
haafd, nadat de betrokken eigenaren daartegen in verzet waren
gekomen. In hunne zitting van 8 Maart handhaafden deze de
onbewoonbaarverklaring van Lamgroen 33, maar vernietigden
zij die van Snoekstraat 9, van oordeel zijnde, dat die woning nog
wel in bewoonbaren staat was te brengen. Ook tegen deze even
eens in de Gemeenteraadszitting van 2 November 1931 uitge
sproken onbewoonbaarverklaring hadden belanghebbenden be-
Nog in verschillende andere woningen zijn op aanwijzing van
het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoezicht, welks tusschen-
komst de Commissie had ingeroepen, allerlei noodzakelijke ver
beteringen aangebracht.
meester en Wethouders zonden op
de Commissie bericht.
Over de vochtigheid van een perceel in het Kortenbosch werd
bij de Commissie een klacht ingediend. Bij onderzoek bleek het
perceel inderdaad zeer vochtig en derhalve slecht bewoonbaar.
Daarom is de aandacht van het Gemeentelijk Bouw- en Woning
toezicht erop gevestigd, waarbij in overweging gegeven werd,
het aanbrengen van de noodige verbeteringen door middel van
een aanschrijving van Burgemeester en Wethouders te gelasten.
In den toestand kwam verbetering door afbraak van een
aangrenzend perceel en door een meer doelmatige wijze van
bewoning.
VERSLAG DER GEZONDHEIDSCOMMISSIE.
