21
Van de in het huwelijk getreden
Blijkens dezen staat bedroeg het aantal huwelijken van
personen van één geloof of overtuiging 2 286 (64,1 pCt.), dat der
huwelijken van personen met verschillend geloof of verschil
lende overtuiging 1 282 (35,9 pCt.). Voor de voornaamste groepen
van huwelijken zijn de cijfers:
Het volgende staatje geeft voor de bovenstaande aantallen
personen, die met een persoon van een ander geloof of andere
overtuiging in het huwelijk traden, de verdeeling naar mannen
en vrouwen, absoluut en in procenten.
Naar den leeftijd waren de in 1932 gehuwde personen als
volgt verdeeld:
met N.H.
p.z.g.
3 568 (100,- pCt.)
Totaal
n
Nederd. Hervormden
Roomsch-Katholieken
Personen zonder godsdienst
Gereformeerden
Evang. Lutherschen
Israëlieten
W
n
719 (49,3
360 (45,4
133 (52,4
24 (10,7
77 (64,7
M
739 33,9
433 37,6
121 31,3
201 80,7
42 21,4
n
n
n
739 (50,7
433 (54,6
121 (47,6
201 (89,3
42 (35,3
r>
n
935 (50,5 pCt.), met anderen 915 (49,5 pCt.);
n
I
16—20 jaar
21 25
26 30
31 35
36—40
41—45
46—50
51 55
56—60
61—65
66—70
71 75
76—80
Mannen.
518 (56,6 pCt.)
307 (41,5
232 (53,6
74 (61,2
65 (32,3
30 (71,4
Huwelijken van
Nederd. Herv.
Roomsch-Kath. R.-K.
pers, zonder godsd.
Gereformeerden Ger.
Evang. Lutherschen Ev. Luth.
Israëlieten Isr.
2 785 Nederd. Hervormden huwden dus
2 177 Roomsch-Katholieken
1 153 pers, zonder godsd.
387 Gereformeerden
249 Evang. Lutherschen
196 Israëlieten
915 of 32,9 pCt. met anderen;
J, 5
5
Vrouwen.
492 (13,8 pCt.)
1 565 (43,9
812 (22,8
316 8,9
150 4,2
97 2,7
62 1,7
37 1,-
18 0,5
11 0,3
6 0,2
1
1
Vrouwen.
397 (43,4 pCt.)
432 (58,5
201 (46,4
47 (38,8
136 (67,7
12 (28,6
Mannen.
103 2,9 pCt.)
1 323 (37,1
1 106 (31,-
423 (11,8
199 5,6
127 3,6
103 2,9
74 2,1
48 1,3
31 0,9
23 0,6
3 0,1
5 0,1
3 568(100,- pCt.)