13
2
176
III. TOESTAND DEK WEKKEN.
a. Watervang.
Regenval.
Waterwinning
Grondwater
standen.
143
9
9
15
Bovendien waren 2 personen als reserve-meteropnemer en
1 persoon op arbeidscontract bij het bedrijf werkzaam.
Werklieden:
in vasten dienst
in tijdelijken dienst
in lossen dienst
jongmaatjes
De neerslag bedroeg gedurende het verslagjaar 729,8 mm (in
1931: 658,8 mm); het gemiddelde der in de laatste 26 jaren aan
het Pompstation gemeten regenhoeveelheden is 740,9 mm.
De droogste maand was Februari met het zeer lage minimum
van 5,1 mm, de natste October met 258,4 mm; het maximum
binnen een etmaal was dit jaar 39,9 mm nl. op 24 September.
Van het totaal in 1932 viel in de achtereenvolgende kalender
kwartalen: 10,6, 18,8, 27,2 en 43,4 (voorgaand jaar: 23,5, 21,7,
40,5, en 14,3
Mede als gevolg van den overvloedigen neerslag in het
laatste kwartaal des jaars, was uit de maandelijksche waarne
mingen in 65 peilputten, welke niet direct onder invloed stonden
van bijzondere afpompingen of omstandigheden d. i. op den-
zelfden grondslag als in de vorige jaarverslagen, af te leiden,
dat het gemiddelde der grondwaterstanden op 1 Januari 1933
13 cm hooger was dan een jaar tevoren (tegenover een daling
van bijna 31 cm in 1931).
In het terrein van den watervang nabij de baan der Z.H.E.S.,
westelijk van den Pompstationsweg, werd een boring tot teen
diepte van 70 m gemaakt; in sprank H en bij de oostelijke grens
van Meijendel werden 3 respectievelijk 2 peilputten geplaatst
voor waterstandonderzoek, op een maximum diepte van 35
respectievelijk 40 m.
De ingraving op Meijendel zuidwaarts van het landhuis
uit diepere lagen.Wilfriede” (voorm. Rijksradiostation) kwam in April gereed.
Na de in het vorige jaarverslag bedoelde hoeveelheid van
50.000 m3 werd nog rond 20.000 m3 zand, eveneens door middel
van autotractie, naar elders vervoerd.
In deze ingraving werden 10 diepe bronnen, met filterstanden
tot een grootste diepte van 39 m D. P., geplaatst.
VERSLAG DER DUINWATERLEIDING.