I 14 De slechte economische tijdsomstandigheden drukten ook eenigszins haar stempel op het bezoek aan de volksbadhuizen. Weliswaar is het totaal aantal verstrekte baden in beduidende mate gestegen, het aantal betaalde baden bleef echter in ver gelijking met het voor de Stichting zoo gunstige jaar 1931 be neden de verwachting. Bepaald achteruit gegaan zijn de kuip baden le klasse, zoowel voor mannen als voor vrouwen. Ook het aantal kuipbaden 2e klasse vertoont hier en daar een kleinen teruggang; alleen aan de omstandigheid, dat de baden van de inrichting aan de Harstenhoekstraat nu in het totaal 1932 zijn opgenomen, dankt dit cijfer zijn stijging boven dat van 1931. De stortbaden daarentegen vertoonen in het algemeen voor uitgang; hierop zijn slechts twee uitzonderingen, t.w.: de „stort baden mannen” in het badhuis aan de Duinstraat en de „stort baden vrouwen” in het badhuis aan de Torenstraat. Sterken vooruitgang vertoonen de rubrieken: „stortbaden personen beneden 18 jaar”, „stortbaden kosteloos (werkloozen)” en „stortbaden leerlingen kopschoten”. Hierbij moet echter worden vermeld, dat deze rubrieken eerst in den loop van het jaar 1931 zijn tot stand gekomen, zoodat vergelijking met dat jaar niet zuiver is. Wat het „schoolbaden in klasse-verband” betreft, wordt op gemerkt, dat er eenige teruggang is in de inrichtingen aan de Duinstraat, Hemsterhuisstraat, Nieuwe-Havendwarsstraat en Spionkopstraat, daarentegen vooruitgang in de badhuizen aan de Jan-van-Gojenstraat, Noorderbeekdwarsstraat en Juliana- straat (L.). Het schoolklassebaden vertoont echter in totaal een vooruitgang van ruim 4 Beschouwt men de inrichtingen afzonderlijk, dan blijkt, dat er in het badhuis aan de Torenstraat en het schoolbad aan de Nieuwe-Havendwarsstraat een lichte teruggang is. Het totaal van alle inrichtingen te zamen geeft echter nog een verblijdende stijging aan en wel van bijna 11 Ten aanzien van het Volkszeebad-Scheveningen valt nog te vermelden, dat dank zij den invloed van’het prachtige zomer weer en de voortreffelijke werking van de centrale vestiaires, tot welker inrichting in 1931 was besloten, dit bad op 1 September zijn 250.000en bezoeker in het afgeloopen seizoen mocht ont vangen. De voor werkloozen en hun gezinnen in October 1931 getroffen regeling om kosteloos een stortbad te nemen (deze baden zijn vermeld onder de „stortbaden kosteloos”) werd uitgebreid tot het verstrekken van kostelooze baden in het Zuiderzwembad. VERSLAG VAN DE STICHTING „CENTRAAL BADBEHEER”.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1932 | | pagina 307