8 15 Plantengroei. populier van 35 cm en een iep van 60 cm stamdoorsnede) om woeien, terwijl door de op 3, 10 en 11 September en op 18 October 1932 gewoed hebbende stormen eveneens verscheidene zware boomen het moesten ontgelden. Van verschillende boomen werden takken afgerukt en vele werden min of meer ernstig beschadigd. De uit een en ander voortvloeiende kosten bedroegen in het afgeloopen jaar f 4.697,33; zonder extra-credietverleening kon genoemd bedrag worden bestreden uit de voor de gewone onder houdswerken beschikbare gelden. De eerste maanden van 1932 waren opvallend zacht. Februari bracht zelfs voorjaarsweer. Doordat er geen neerslag was en de weersgesteldheid het gras deed groeien, veroorzaakte de kunst mest, welke in November en December van het vorig jaar uit gestrooid was, ernstige schade. Nadat in Maart bij vriezend weer nogal wat sneeuw gevallen was en April en Mei veel regen brachten, verdeelden de kunstmeststoffen zich dieper door den bodem, waarna de beschadigde plekken in de gazons zich her stelden. De voorjaarsmaanden waren abnormaal koud, terwijl de zomer droog en in Augustus zeer warm was. De herfst was nat; in het begin van October zelfs bijzonder nat, zoodat het jaar 1932 gekenmerkt werd door excessen in de weersgesteldheid. Het gewas leed hieronder op minder gunstige plaatsen, als bv. in de duinen, doch onder invloed van den warmen zomer werd op vochthoudende gronden als in het Zuiderpark een zeer mooi gewas verkregen. De groote regenval in den herfst veroorzaakte snelle blad- afval, terwijl mooie herfsttinten in het blad schaarsch bleven. De iepziekte eischte wederom vele slachtoffers, welke echter gedurende den nazomer en herfst ten spoedigste werden verwij derd en daardoor minder opvielen. Daar waar van de straatbe- planting slechts enkele iepen resteerden, werden deze verwijderd en door een nieuwe beplanting bestaande uit linden, eschdoorns, dubbelbloemige kastanjes e. d. vervangen. De beschadiging door den bastaard-satijnvlinder was in 1932 veel minder groot dan in vorige jaren. Het aantal huismusschen neemt in de laatste jaren tegen natuurlijk toe, doordat het voeren van brood enz. zeer algemeen geworden is. Deze vogels eten alle bloemknoppen uit meidoorns en eenige andere gewassen. Door bespuiting van deze boomen met vruchtboomcarbolineum is die schade te voorkomen, terwijl hiermede tevens schadelijke insecten en zwammen bestreden worden en een goede groei en bloei verkregen wordt. VERSLAG GEMEENTEPLANTSOENEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1932 | | pagina 322