27
Scheepvaart
Beurtvaart.
Laakhaven.
Stremmingen.
vaar-
Scheepvaart-
beweging.
159.982
146.483
163.590
160.845
139.730
147.215
130.897
148.079
154.291
185.473
158.231
163.354
1.822
1.362
2.256
2.223
1.662
1.745
1.425
1.213
1.825
3.029
2.418
1.630
Leugenbrug.
191
149
256
262
148
158
137
118
197
307
250
156
III. BINNENHAVENS EN VAARTEN.
De scheepvaart was gedurende het verslagjaar ongunstig;
zoowel het aantal vaartuigen als de tonneninhoud der binnen
gekomen schepen bewoog zich, ten opzichte van de laatste jaren,
in een dalende lijn.
In het geheel kwamen langs het havenkantoor aan de Laak
haven binnen 24.138 vaartuigen, waarvoor het havengeld per
reis werd betaald, met een laadvermogen van 1.858.170 ton (van
1000 kg) tegen 34.739 vaartuigen met een laadvermogen van
2.793.793 ton in 1931.
De aanvoer van zand was gedurende het afgeloopen jaar
belangrijk.
De beurtvaart is in het verslagjaar minder gunstig geweest.
Deze tak van nijverheid heeft veel te lijden van het toenemend
autoverkeer.
Het aantal woonschepen in de Laakhaven blijft stationnair;
aan het eind van het verslagjaar waren, evenals op ultimo
December 1931, 22 van deze vaartuigen aanwezig.
Ook dit jaar vonden eenige stremmingen plaats, hoofdzake
lijk als gevolg van lage waterstanden. In sommige gevallen
veroorzaakten zij moeilijkheden aan de scheepvaart.
Ook zonken op enkele plaatsen in de stadsgrachten
tuigen. Zij werden eehter alle tijdig gelicht.
Langs het havenkantoor aan de Laakhaven en dat aan de
Leugenbrug passeerden gedurende het verslagjaar in totaal
26.467 vaartuigen waarvoor het havengeld per reis werd betaald,
tegen 37.991 vaartuigen in 1931.
Laakhaven.
Januari 2.298
Februari 1.955
Maart2.145
April2.019
Mei1.728
Juni1.870
Juli1.784
Augustus2.109
September 1.990
October 2.167
November 2.063
December 2.010
Totaal in 1932 26.467 vaartuigen metende te zamen 1.880.780 ton.
1931 37.991 2.825.673
1930 39.382 2.507.128
10
VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN.
99
99
99
Tonnen
inhoud.
Tonnen
inhoud.
Aantal
vaartuigen.
Aantal
vaartuigen.