68
Haagsch Crisis-
Comité.
HOOFDSTUK XIII.
MAATSCHAPPELIJKE STEUN EN VOORZORG.
Het Haagsch Crisis-Comité organiseerde gedurende het eer
ste werkjaar (28 November 1931 t./m. 8 December 1932) behalve
de wekelijksche wijkcollecten eenige groote huizen- en straat-
collecten, welke in totaal f 61.295,72 opbrachten. Van 12 t./m. 14
April werd in de Ridderzaal een bazar gehouden, waarvan de
totale opbrengst f 22.444,bedroeg. Twee groote kunstavonden
brachten f 9.104,86 ten bate van het Comité op. Vele winkelbe
drijven stelden bons of gelden voor het Comité beschikbaar.
Sub-commissie A (algemeene crisishulp) behandelde in het
verslagjaar 6 330 steunaanvragen, waarvan 2 303 of 36,4
werden ingewilligd; in totaal werd uitgekeerd voor een bedrag
van f 103.045,Het Nationaal Crisis-Comité stelde een bedrag
van f 25.000,ter beschikking van deze sub-commissie, waar
tegenover het Haagsch Crisis-Comité 10 van de ingezamelde
gelden aan het Nationaal Crisis-Comité moet afstaan.
Sub-commissie B (crisishulp ten behoeve van gesteunde
werkloozen) behandelde 7 593 aanvragen om steun; hiervan wer
den 4 868 ingewilligd, d.i. 64,1 in totaal werd een bedrag van
f 89.147,uitgekeerd. Het Rijk en de Gemeente (Raadsbesluit
van 4 Januari) hadden elk een bedrag van f 45.000,voor deze
crisishulp beschikbaar gesteld.
In Januari 1932 werd de Crediet-commissie ingesteld, welke
tot taak heeft te beslissen over het al dan niet verleenen van
credieten tot en met een bedrag van f 500,in gevallen, waar
door de crisis tijdelijke moeilijkheden zijn ontstaan; deze cre
dieten worden door de Gemeentebank van Leening verstrekt.
Bij Raadsbesluit van 21 Maart heeft de Gemeente zich bereid
verklaard, de helft van het risico, verbonden aan de terug
betaling van door het Comité verleende en te verleenen cre
dieten, voor haar rekening te nemen, met dien verstande, dat
de Gemeente de verliezen ten gevolge van niet-terugbetaling
van hoofdsommen zal bijpassen, indien en voor zoover deze de
helft van het totaal der verleende credieten te boven gaan en
het Gemeentelijk aandeel het bedrag van f 50.000,niet over
treft.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken stelde een bedrag
tot een maximum van f 10.000,beschikbaar voor voorschotten
door het Comité te verleenen aan middenstanders, die ten ge
volge van de crisis noodlijdend zijn geworden.
Het aantal credietaanvragen, dat t./m. 25 November 1932
werd ingediend, bedroeg 1 757. Van de 1 698 afgehandelde aan
vragen werden 161 ingewilligd tot een gezamenlijk bedrag van
1) Zie voor de samenstelling van het Comité bladz. 11.