34 20 de vermindering van inkomen in de gezinnen is noodig ge worden. Door het grootere aanbod van meisjes, welke door de indu strie werden uitgestooten, en de mindere aanvraag van huis houdelijke krachten, is de zgn. dienstbodennood niet meer zoo groot als voorheen. Toch is het opmerkelijk, dat aan werkelijk goede dienstboden (voor dag en nacht), vooral die koken kunnen, steeds nog grooter behoefte bestaat, dan waarin door de open bare arbeidsbemiddeling kan worden voorzien. De oorzaak daar van moet gezocht worden in het feit, dat de uit de fabrieken enz. vrijgekomen meisjes in den regel minder geschikt zijn als dienst bode, wegens gebrek aan opleiding in deze richting; zij zijn meestal niet genegen haar eenmaal genoten avondvrijheid weder prijs te geven en prefereeren daarom een betrekking als dag- dienstbode of zoeken arbeid als werkster. De invoer van buitenlandsehe meisjes was uiterst gering en beperkte zich tot enkele uitzonderingsgevallen. De openbare bemiddeling wilde nl. de Hollandsche meisjes, vrijgekomen uit de industrie, een kans geven. Geslaagd is deze proef niet. Thans doet zich echter het verschijnsel weer voor, dat de particuliere bemiddelingsbureaux ten opzichte van het betrekken van buitenlandsehe meisjes wederom groote activiteit aan den dag leggen, zoodat de vraag rijst of niet ook de openbare arbeids bemiddeling, gezien het geringe aanbod van werkelijk prima huishoudelijke krachten, weer de verbindingen met het buiten land heeft te herstellen, ten einde, langs betere wegen dan die de particuliere bemiddelingsbureaux bewandelen, aan de vraag naar dienstboden op juiste wijze te kunnen voldoen. Uit de verhandelingen in de huisvrouwenorganisaties en hare organen blijkt, dat het dienstbodenvraagstuk, ondanks de gewijzigde omstandigheden, nog steeds urgent is. De openbare arbeidsbemiddeling zal op dit terrein in den komenden tijd groote waakzaamheid aan den dag hebben te leggen, wil de invoer met winstoogmerk niet een gevaar worden voor gezin en omgeving. VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1932 | | pagina 773