13 2 Inrichtingen. a. Zeebaden. b. Zuiderzwem- bad. Bezoek aan de inrichtingen. c. Volks- en schoolbaden. Aan het einde van het verslagjaar waren 46 personen in dienst; het totaal aantal ziektedagen bedroeg voor mannen 157 en voor vrouwen 197 (over 1932 onderscheidenlijk 355 en 90). 1. Volkszeebad Schevenin gen. De tijdens het vorige seizoen getroffen maatregel om voor mannen en voor vrouwen, die een zonnebad willen nemen, een afzonderlijk strandgedeelte aan te wijzen, werd gehandhaafd. 2. Zeebad Kijkduin. De vergoeding, welke de Gebrs. J. J. en K. L. van der Meer jaarlijks aan de Stichting betalen krachtens de met hen op 20 Mei 1932 gesloten overeenkomst in zake de exploitatie van het zeebad, werd in verband met het overnemen van reddings- materiaal met een bedrag van f 200,verhoogd. Naar aanleiding van het door den gemeente-hygiënist te Utrecht, Dr. J. Idzerda, uitgebraeht rapport over de zuivering enz. van het badwater en de daarover nader door den directeur der Gemeentewerken en de Stichting uitgebrachte adviezen stelde de Raad op 16 Maart 1933 een bedrag van f 19.000,be schikbaar voor het treffen van de in Bijlage no. 133 genoemde verbeteringen in de watervoorziening en -zuivering van ge noemd bad. Over het resultaat der getroffen voorzieningen bracht de Inspecteur op 28 October 1933 onder no. 27 een uitvoerig rap port uit, waaruit blijkt, dat dit gunstig kan worden genoemd. De Raad vereenigde zich op 5 Januari 1933 met het door Bur gemeester en Wethouders onder Bijlage no. 723 ’32 overgenomen voorstel van de Stichting om de aan haar, bij wijze van proef, voor het jaar 1932 opgedragen exploitatie van het badhuis der Woningvereeniging van Trampersoneel aan de Harstenhoek- straat, nog voor ten hoogste drie jaar te verlengen. Het aantal cellen voor stortbaden in het badhuis aan de Noorderbeekdwarsstraat werd met 10 vermeerderd. Voorts wer den in het badhuis aan de Spionkopstraat twee cellen voor kuip baden verbouwd tot drie voor stortbaden. Het in den loop van het verslagjaar gereedgekomen volks- en schoolbad aan de Paets-van-Troostwijkstraat werd op 29 Sep tember in tegenwoordigheid van het bestuur en talrijke genoo- digden door den Wethouder van Openbare Werken, Ir. L. J. M. Feber, namens het Gemeentebestuur aan de Stichting in beheer overgedragen. De staat op bladz. 45 geeft een overzicht van het aantal in 1933 in de verschillende bad- en zweminrichtingen verstrekte baden. VERSLAG VAN DE STICHTING „CENTRAAL BADBEHEER”.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1933 | | pagina 254