16
10
het verslagjaar was bedoelde goedkeuring
2. Stratenplannen.
a. op terreinen behoorende aan de Gemeente.
Straataanleg bij In zijn vergadering van 6 Februari 1933 (Bijlage No. 69)
den Westdoin- stelde de Raad de benoodigde gelden beschikbaar voor den aan-
weg c.a. ]eg Van straten bij den Westduinweg. De aanleg van deze straten
was in verband met mogelijke wijzigingen gehouden buiten de
voordracht, vervat in Bijlage No. 422, goedgekeurd bij Raads
besluit van 8 Augustus 1932.
Aanleg weste- Bij Raadsbesluit van 27 Maart 1933 (Bijlage No. 183) werden
lijke helft van de benoodigde gelden beschikbaar gesteld voor den aanleg van
een gedeelte de westelijke helft van een gedeelte van de Kijkduinschestr. (L.).
Kjjkduinsche-
straat (L.).
235 werd goedkeuring verleend, waarna ter visie-legging plaats
vond van 14 November 1933 af.
Bij schrijven van 24 November 1933 werd door Burgemeester
en Wethouders aan Gedeputeerde Staten goedkeuring verzocht
van een wijziging van het uitbreidingsplan, welke wijziging
beoogde, dat ten aanzien van een drietal terreinen, gelegen
onderscheidenlijk aan de Medemblikstraat en aan de Abcoude-
straat, de bestemming van gesloten bebouwing met ééngezins-
huizen („laagbouw”) wordt gewijzigd in gesloten bebouwing met
één- of meergezinshuizen („hoogbouw”).
Aan het einde van
nog niet verleend.
Overleg met aan- Met de besturen van de naburige gemeenten en met hun
grenzende ge- adviseurs zijn besprekingen gevoerd over de uitbreidings-
meenten. plannen dier gemeenten. Bezwaren werden door het Gemeente
bestuur van ’s-Gravenhage ingediend tegen uitbreidingsplannen
van Rijswijk en Voorburg. Ook met de Commissie van Advies
voor de Uitbreidingsplannen hadden besprekingen hierover
plaats.
Weg Amsterdam- De Minister van Waterstaat heeft zich in beginsel bereid
’s-Gravenhage. verklaard de opneming in het Rijkswegenplan 1932 te bevor
deren van een weg beoosten Leiden, onder voorbehoud, dat nog
nader overleg zou worden gepleegd met de desbetreffende pro
vinciale besturen en voor zooveel noodig met de besturen van
de belanghebbende groote gemeenten. Dit overleg zou zoowel
betreffen de aanvulling van het Rijkswegenplan als de urgentie
van den aanleg van den weg. Hieromtrent zijn nadere inlich
tingen aan den Minister verstrekt.
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
